Vrijdag 30 augustus 2019

WEDERGEBOORTE 'MAN BIJT HOND' DOET HET ERGSTE VREZEN

Ottolien Boeschoten, Bert Walthaus en Elisa Beuger. Los zeggen deze namen misschien niet veel, maar in de oude versie van ‘Man Bijt Hond’ vormden zij de Ons-Kent-Ons-familie en zorgden als zodanig voor het satirisch element in dit succesvolle televisieprogramma. Een element dat in de nieuwe opzet node wordt gemist. Het gewezen NPO-programma beleefde maandag zonder enige nadere introductie zijn hergeboorte bij de campingzender SBS6. Even ter herinnering. De roemruchte hond stierf in de laatste uitzending op de operatietafel, dokter Walthaus en zuster Beuger in vertwijfeling achterlatend.
Maar bij menig kijker overheerste het gevoel van ‘het is zo wel mooi geweest, een passend en waardig einde’. De sju was er ook wel een beetje vanaf. In het begin ging de redactie op zoek naar karakteristieke persoonlijkheden, tegen het eind was het meer een soort rariteitenkabinet, met een hoog aanstelleritusgehalte. Hoe de hond onder de vleugels van SBS6 weer tot leven is gekomen, had wel even (op satirische wijze) toegelicht mogen worden. Nu ging het programma gewoon verder waar het vier jaar geleden was gebleven. De vormgeving is waarschijnlijk voor een zacht prijsje overgenomen van de publieke omroep, met de microfoon in de hand mocht een ‘fijnzinnige’ passant in de babbelbox zijn ex-vrouw ‘de tyfus’ wensen (Man Schoffeert Vrouw) , en ook het irritante keuterboertje Jan Stam bleek het Man Bijt Hond-loze tijdperk goed te hebben doorstaan. Nog voor het kijkerspubliek weer enigszins in de juiste sfeer kon komen, werd ‘de hond’ genadeloos de mond gesnoerd door een ellenlang reclameblok, wat voor velen een goede reden is om nooit af te stemmen op de commercielen. Het budget zal het wel niet toelaten, maar ik zou heel graag weer deelgenoot worden van de belevenissen van de kassadames Cobie en Dooie, de superbuurmanager Arjan, het Amsterdamse Bank Stel, de line-dancers, de aan lager wal geraakte drinkende dame Typsy en de inburgerende Turken.  Zonder hun inbreng vrees ik dat Man Bijt Hond geen lang leven beschoren is, en de hond gedoemd is deze keer definitief en roemloos zijn laatste adem uit te blazen. Het zou wel heel triest zijn indien zo’n waardevol dier zijn Waterloo vindt bij de stank van het afvoerputje van John de Mol. 


Maandag 26 augustus 2019

PVC VRAAGT OM DUIDELIJKHEID OVER HUIS-VAN-DE-STAD

‘Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald. We zijn al eerder behoed voor een debacle. Dat hadden we toen aan actiecomité ‘Stadskantoor Nee’te danken, meen ik’, las ik afgelopen week als open einde van een column in een van de huis-aan-huisblaadjes. Dat mag je wel zeggen. Het vorige College van B&W had toen zijn zinnen gezet op een geheel nieuw te bouwen Stadskantoor in de wijk-in-ontwikkeling Stadsoevers. Het was niet aan de gemeenteraad, toen al zeer volgzaam, te danken dat deze onzinnige investering uiteindelijk niet doorging, maar aan het genoemde actiecomité onder aanvoering van Harry Sturm. Hij stelde dat met een definitief besluit onaanvaardbare risico’s zouden worden genomen. Een onafhankelijke rapportage stelde het actiecomité volledig in het gelijk. Het hele plan voor een nieuw stadskantoor was volgens Sturm onlosmakelijk met grootschalige woningbouw verbonden. Hij rekende voor dat in het plan Stadsoevers negenhonderd woningen zijn gepland en dat op de plek van het huidig stadskantoor en het Da Vinci College ook gauw vierhonderd woningen zullen worden gepland. ‘Niet alleen met de huidige woningmarkt, maar ook gelet op de bevolkingsontwikkeling zijn dat aantallen die niet snel nodig zullen zijn’, aldus Sturm.
Het actiecomité lanceerde als alternatief een veel goedkoper scenario: ‘renovatie van het huidige stadskantoor en voortzetting van het gebruik van de vestiging aan de Dunantstraat. „Dat scheelt enorm in investeringskosten. Dat is 26 miljoen goedkoper dan nieuwbouw van het stadskantoor’.  Aan het afblazen van de nieuwbouwplannen hing overigens wel een duur prijskaartje. Bureau Metrum berekende die extra kosten op 8,8 miljoen euro. ‘Dat is wel heel wat minder dan de 26 miljoen die je uitspaart als je het hele project afblaast. De hardste conclusie is echter dat nieuwbouw niet budgettair neutraal kan worden gerealiseerd’, verzuchtte Sturm.
De rest is geschiedenis. Het College ging overstag, blies de onrealistische Stadsoevers-plannen af en besloot na een vergeefse zoektocht naar een alternatief onderkomen (kosten overigens wel 40.000 euro) om het huidige Stadskantoor te renoveren. Dat leidde tot een complexe carrousel, die als volgt werd gepresenteerd:
De gemeente Roosendaal koopt het klooster Mariadal van de provincie Noord-Brabant. Tijdelijk wordt daar – tijdens de grootscheepse verbouwing van het Stadskantoor, de gemeentelijke organisatie in ondergebracht en daarna (in 2021) wordt het complex overgenomen door BVR, zoals al de bedoeling was. In 2017 was daar met provincie en gemeente al een verkoopovereenkomst over getekend. Niet alleen Mariadal, maar het hele gebied wordt herontwikkeld, want ook in de omgeving zijn nog meer plannen in ontwikkeling.

Terwijl de gemeente alleen nog maar kosten heeft gemaakt, sprak wethouder Toine Theunis van een unieke win-win-situatie. “Rondom Mariadal speelt meer dan alleen de herontwikkeling van het klooster en de renovatie van het stadskantoor tot het HUIS van Roosendaal. Ook op het gebied van onderwijs (OMO en KPO) bestaan er (ver)nieuwbouwplannen voor het gebied. Alle partijen hebben dezelfde ambitie. Door gezamenlijk op te trekken, komen we straks tot een Groot Mariadal, dat de schakel vormt tussen het station en de binnenstad.”

In 2017 heeft de Provincie Noord-Brabant, eigenaar van het klooster, een verkoopcontract gesloten met BVR Groep uit Roosendaal voor de herontwikkeling van Mariadal. In het klooster wordt een mix van wonen en zorg gerealiseerd. In de kapel worden culturele en maatschappelijke functies gecombineerd met horeca. In de binnentuin komt een proeftuin voor innovaties op gebied van energietransitie en duurzaamheid.
Voordat het pand kan worden overgedragen aan BVR, moet eerst de bestemmingsplanprocedure zijn afgerond. Tijdens deze procedure kan de gemeente het klooster gebruiken als tijdelijke gemeentekantoor. De provincie draagt het eigendom over aan de gemeente en stapt daarmee uit de herontwikkeling van het complex. De gemeente neemt de door de provincie met BVR gesloten overeenkomst over de verkoop over, het verkoopbedrijf blijft ongewijzigd.
OMO (Ons Middelbaar Onderwijs) ontwikkelt vernieuwbouwplannen van de Norbertus Gertrudis Mavo aan de Vincentiusstraat en de Jeroen Bosch school (onderdeel KPO) en Kober Kinderopvang hebben de ambitie hun samenwerking uit te breiden in een nieuw te ontwikkelen Integraal Speel Leer Centrum. Hiermee willen de partijen de openbare functies toekomstbestendig maken en intensiever samenwerken.
Om deze ontwikkelingen en ambities optimaal op elkaar af te stemmen, hebben de bij het gebied betrokken partijen overleg gevoerd. Zij zien kansen en een meerwaarde in een integrale duurzame gebiedsontwikkeling van het gebied Groot Mariadal. Zij hebben daarom besloten om de haalbaarheid van deze gezamenlijke ambitie verder te onderzoeken. Dit is vastgelegd in een overeenkomst. Met het uitvoeren van dit haalbaarheidsonderzoek wordt duidelijk of deze ambitie realiseerbaar is en onder welke voorwaarden. In december 2018 heeft de gemeenteraad geld beschikbaar gesteld voor het HUIS van Roosendaal. Hiermee wordt het huidige stadskantoor op een duurzame en verantwoorde manier omgevormd tot een open en gastvrij HUIS van de stad en de dorpen. De planvoorbereiding om te komen tot dit nieuwe HUIS is gestart. Cees Lok (o.a wethouder HUIS van Roosendaal) ‘De kogel is door de kerk! Met de koop van het klooster kunnen we nog dit jaar verhuizen en kan de renovatie van het stadskantoor volgens planning doorgaan’.
De laatste tijd is het echter angstvallig stil rond al deze plannen. Een financieel debacle zal het deze keer niet worden, maar denk maar niet dat het toekomstige HUIS van Roosendaal budgettair neutraal geregeld kan worden. Maar daar zwijgt het college liever over. De PVC gaat deze week dan ook trachten via een WOB-verzoek financiële duidelijkheid te krijgen van het gemeentebestuur.  Een WOB-verzoek omdat dit de enige weg is om het College tot antwoorden te dwingen. ‘Gewone’ brieven worden niet eens meer beantwoord.
De PVC wil onderstaande vragen beantwoord zien binnen dertig dagen.
Het Bureau Metrum berekende de kosten van het afblazen van het Stadskantoor in Stadsoevers op 8,8 miljoen. Hoe hoog is dat bedrag in werkelijkheid uitgevallen? De PVC wil inzage in de papieren die betrekking hebben op deze transactie.
Wat is de huidige stand van zaken rond de carrousel Mariadal. Wanneer zal deze in werking treden?
Omwonenden hebben bezwaar gemaakt tegen de gemeente als tijdelijke buur en de daaropvolgende geplande bouw van zorgwoningen in Mariadal. In welk stadium bevindt dat proces zich?
Zorgwoningen en tijdelijk Stadskantoor leiden tot grote parkeerdruk. Hoe gaat het College dat straks in goede banen leiden?
De PVC wenst de financiële onderbouwing van het complexe verhuisplan in te zien. Deze s.v.p. per omgaande verstrekken.
Kan het College aangeven waarom het Stadskantoor zo nodig verbouwd moet worden. Het complex is amper veertig jaar oud. Wat is er allemaal mis met het gebouw? Realiseert het College zich dat de gemeenten zoals we die nu kennen wellicht zullen verdwijnen en plaatsmaken voor Regionale bestuursvormen. Is zo’n enorme transactie dan nog wel verantwoord?
Hoe lang wordt het Huis-van-Roosendaal straks geacht toekomstbestendig te zijn? Welke levensverwachtingen golden er destijds bij de bouw van het huidige Stadskantoor.
Hoe groot is de kans dat de geplande verbouwing hinder ondervindt van de uitspraak over de stikstofuitstoot? De paniek is immers groot bij overheden en ontwikkelaars. Zeker vierduizend projecten krijgen voorlopig geen toestemmingom te worden uitgevoerd. Daarbij gaat het om bouwprojecten, nieuwe wegen en Lelystad Airport. Gaat naast Nederland dus ook dit te renoveren stukje Roosendaal op slot? Zelfs milieuvriendelijke projecten zoals het plaatsen van windmolens kunnen vertraging gaan oplopen. Immers, voor de plaatsing van die molens zijn vrachtwagens en hijskranen nodig en die stoten heel wat stikstof uit. Kortom, hoe gaat de gemeente om met de uitspraak over de stikstofuitstoot?


Zondag 25 augustus 2019

VROUWENHOF KOPPELDE KRACHTVERTOON AAN FOLKMUZIEK

De hitte zal er ongetwijfeld debet aan geweest zijn, maar het was zaterdagmiddag wel opvallend stil in het Vrouwenhofpark en dat terwijl  dit zo ongeveer het enige plekje in Roosendaal was waar van alles viel te beleven. Zo was het grasveld de locatie voor de derde editie van de Highland Games in Roosendaal en in het openluchttheater maakten lekker in het gehoor liggende klanken duidelijk dat met het optreden van het duo Gentle Blue de ‘Garden of Folk’ voor geopend was verklaard.  .
In het land van oorsprong, Schotland, zijn de Highland Games doorgaans eendaagse evenementen die traditiegetrouw plaats hebben onder de blote hemel. Paalwerpen, touwtrekken en kogelslingeren vormen het sportieve gedeelte, maar er is ook volop ruimte voor dans en muziek, eten, ambachtelijke kraampjes en  spelletjes en plezier voor het hele gezin. De in het Vrouwenhof ontplooide activiteiten waren daar een mooie afspiegeling van. Het meest in het oog sprong het zakwerpen over de schouder, waarbij het er om gaat een bepaald niet lichte zak over een lat op forse hoogte te gooien. Ik zag met enige verbazing hoe een niet overdreven gespierd lid van het damesteam Gespierde Spijkers de zak –met enige mazzel dat wel- over de 4,5 meter lat wist te werpen. ‘Dat is dus bepaald geen katje om zonder handschoenen aan te pakken’, zou wijlen mijn vroegere collega Frans Henrichs met enige olijkheid hebben uitgeroepen. Maar dat waren dan ook geheel andere tijden. De vrouwensport is inmiddels zo geëvolueerd dat je je kunt afvragen waarom de mannen en vrouwen nog steeds behoudens het korfbal, de vechtsport grappling en de paardensport gescheiden hun sportieve krachten meten. Op de televisie gaat het om de slimste mens, waarom in de sport dan niet om de sterkste, snelste of behendigste mens?
Wie je zeker te vriend moet houden, is de presentator van deze Highland Games. Wout Zijlstra was in 2001 officieel de sterkste man van Nederland en is in fysiek opzicht nog steeds een indrukwekkende gestalte. Als mens is hij echter de vriendelijkheid zelve.  Op dit onderdeel zakwerpen staat zijn persoonlijk record op 5.70 meter met een zak van 25 kilo.  Op gevatte wijze praatte hij de onderdelen met kwinkslagen aan elkaar. Terloops kondigde hij aan later in de middag bij wijze van demonstratie nog een vrachttruck in zijn eentje voort te trekken. Een onderdeel waar normaal gesproken acht mannen/ vrouwen op worden gezet. In het oog sprong ook het groene shirt van Fleur van der Plas, bestuurslid van het aangrenzende openluchttheater, die ook verwoede pogingen ondernam om de zak zo hoog mogelijk de lucht in te krijgen. Maar haar aanwezigheid was ook van relationele aard. ‘De opbrengst van deze games zijn geheel bestemd voor het openluchttheater, waarmee we het bestuur in deze krappe financiële tijden, wat meer lucht willen geven. Het netto saldo bestaat uit de opbrengst van de loterij, diverse sponsorgelden en inschrijfgelden van de teams, per team is dat vijfhonderd euro, maar daar krijgen ze wel de nodige natjes en droogjes voor terug’, vertelden de woordvoerders Joost Schoone en Albert Vlamings eensgezind.
Het geld, waarschijnlijk een bedrag van rond de 5000 euro, is niet bestemd voor een bepaald doel binnen het openluchttheater, maar het oor eenmaal een stukje verder te luister hebben gelegd, blijkt  het stichtingsbestuur van het theater daar zelf al een bestemming voor te hebben gevonden. ‘We willen letterlijk gaan bouwen aan een duurzaam fundament onder het theater. Vanuit die lange termijnplanning hebben we gekozen voor een goed geoutilleerd horecaplein. Een plein dat een beetje los komt te staan van het speeloppervlak, zodat de bezoekers daar op hun gemak in een ontspannen sfeer van gedachten kunnen wisselen over het gebodene. Dit jaar stond vooral in het teken van overleven en voorstellingen zoveel mogelijk doorgang laten vinden, maar nu zien we de toekomst weer met vertrouwen tegemoet’, vertelt Erik Bergman, sinds juni van dit jaar voorzitter van het stichtingsbestuur. Met hoeveel vertrouwen hangt mede af van de uitkomst van het komend overleg met de gemeente. Dan zal waarschijnlijk ook de knoop worden doorgehakt over de definitieve locatie van de theatervoorziening. Het bestuur hoopt en verwacht ook wel dat het theater op de huidige plek gehandhaafd blijft, maar officieel is het nog een optie om een geheel nieuw theater elders in het Vrouwenhofpark te realiseren. Organisator Wally Huiben is intussen wat meer gefocust op de muzikale belevenissen, in gang gezet door het duo Gentle Blue.
Het duo doet de naam in zijn ogen eer aan. ‘Een lekker rustig en vriendelijk begin van het festival. Ik had het qua bezoekersaantal echter graag wat drukker gezien. Aan de voorpubliciteit ligt het niet, dat was goed verzorgd. Ik vrees dat het al te mooie weer ons in deze openingsfase wat parten speelt. Maar naarmate het later wordt en de folkliefhebbers terugkeren van strand en bos, komen ze ongetwijfeld deze kant op’, toont Wally zich een optimistische  persoonlijkheid. Ook hij is blij met de keuze voor een horecaplein. ‘Het bestuur komt binnenkort in de nieuwe samenstelling ook voor het eerst bij elkaar. Ik verwacht dat er direct wel wat spijkers met koppen worden geslagen. De door jou zo gewenste overkapping komt daarbij ongetwijfeld ook ter sprake’, lachte Wally knipogend. Een collega-bestuurslid verhaalde aansluitend over het concert van levende legende Neil Young dat hij in Antwerpen heeft bijgewoond. ‘Ongelooflijk. Neil is inmiddels 73 jaar jong, maar zijn stemgeluid is nog perfect. Wat zeker ook gezegd moet worden van zijn conditie. Drie uur musiceren zonder zelfs maar één  plaspauze.  ‘Had hem maar gelijk geboekt voor het programma van het komend jaar in het openluchttheater’, grapte ik. Om het geld zal het de vrijwel constant toerende Neil Young al lang niet meer te doen zijn, maar van optreden voor een appel en een ei kan alleen al gezien de marktwaarde geen sprake zijn.
Inmiddels had Gentle Blue plaats gemaakt voor LQR. ‘Ik moest van onze voorzitter Erik Bergman op zoek gaan naar een band die wat leven in de brouwerij kan brengen. Nou, dan zitten jullie bij LQR wel goed. Maar zitten is nou net niet de bedoeling. Van de vloer met die beentjes’, probeerde de presentator zelf al meteen de doelstelling in praktijk te brengen. Gezellig mee geklapt werd er wel meteen, de beentjes vertoonden echter de nodige aarzelingen. Een bezoeker die zich lekker lui in een luchtbed had gewenteld, liet de muziek liever gelaten over zich komen.  Tot opluchting van Wally Huiben begonnen de bezoekers bij die eerste levendige brouwerijklanken zowaar in redelijke getale binnen te stromen. Hoe later op de avond hoe schoner het volk, aldus een volkswijsheid. Dat beloofde dus wat voor de avondoptredens van de twee andere bands, Pickleweed en Mumfords Calling. Daar kon ik helaas geen getuige meer van zijn. Misschien heb ik als ‘vroegkomer’ dus zelfs wel onbewust aan die volkswijsheid bijgedragen! 


Vrijdag 23 augustus 2019

ROOSENDAALSE KERMIS GEBAAT BIJ EENHEID

Spinning coaster, Reuzenrad, Reactor, Boostermaxxx, Heroes City,
Break Dance, Show time, Spookhuis Thriller, Rescue doolhof, Space jam, Rupsbaan, Mega Lunapark, Turbopolyp, Devil Rock, Zanzibar, X factory Wip, Bungee Katapult, Autoscooter+Orgel, 6D simulator. Dit is het zogeheten groot vermaak waar de bezoekers aan de Roosendaalse Kermis van vrijdag 6 tot en met donderdag 12 september een keuze uit kunnen maken. Het kermisterrein klinkt eveneens redelijk vertrouwd in de oren. Traditiegetrouw bestaat dit weer uit: Kade, Kadeplein, Markt, Bloemenmarkt en Tongerloplein. In vergelijking met voorgaande jaren is het kermisterrein op de Oostelijke Havendijk en rondom het postkantoor wederom een klein stukje opgeschoven richting Borchwerf.
Het is verbazingwekkend om te zien hoe het College zijn best doet om weg te blijven van het parkeerterrein naast het Herstaco Stadion, met afstand de meest geschikte plek om de gehele kermis te herbergen. En als het stadion straks wellicht over een wielerbaan beschikt kan de Kermiskoers herleven als baanwedstrijd. Voor ‘De Draai’ is deze stap dan ook nog maar heel klein. Wat zou het leuk zijn om de gehele koers, gezeten op een van die vijfduizend kuipstoeltjes, eens van begin tot eind op de voet te kunnen volgen. Het artiestenprogramma kan dan zowel vanaf het middelgedeelte als op een podium naast het stadion worden afgewerkt. Het vertrouwde pilske drinkt toch veel lekkerder weg in zo’n ontspannen ambiance. Wellicht zijn zelfs twee podia een optie. Voor de horeca blijft er dan nog ruimte genoeg over om gezellig met de bezoekers te kunnen verkeren. Roosendaal zet zich dan eindelijk eens echt op de kaart als wielerstad, en ook de toegang tot het compacte (wethouder Cees Lok is toch zo gek op dat woord) stadion is veel gemakkelijker te regelen. Weg met al die dranghekken! Laten we wel wezen, ‘De Draai Baan’ klinkt niet verkeerd! Misschien kan kermisaalmoezenier Bernhard van Welzenes tijdens de jaarlijkse Kermismis (zondag 8 september in de botsautootjes) hier eens een balletje over opwerpen. Een compacte kermis, waardoor ook de binnenstad wordt ontlast,  zou een mooie start zijn van dat eenheidsstreven. De gemeente laat nu teveel kansen liggen. Er zou zoveel meer te beleven kunnen zijn als er eindelijk eens buiten de overbekende lijnen wordt gedacht.   


Woensdag 21 augustus 2019

NIEUWE MARKT, MARKT, TONGERLOPLEIN - WAAR ZOUDEN DE BANKJES TOCH ZIJN?

‘Vroeger als we met de bus  op schoolreisje gingen, gelastte de meester ons kort voor terugkeer onder de banken te kruipen, zodat de wachtende ouders zich ‘verontrust’ afvroegen: waar zijn de kinderen? Met dat sloopzuchtige tuig van tegenwoordig vragen ouders van nu zich af: waar zijn de banken?’, aldus een met veel instemming begroet grapje van Freek de Jonge in zijn Neerlands Hoop-tijd. 
Waarschijnlijk vragen veel bezoekers van buiten zich dat ook af wanneer ze de Roosendaalse binnenstad bezoeken, want openbaar meubilair is een uiterst schaars goed in het centrum.  Commissaris der Koning Wim van der Donk was dat bij een van zijn visites aan het gemeentebestuur kennelijk ook opgevallen en die bankarmoede kwam hem goed van pas toen hij voor de vraag kwam te staan: wat zal ik Roosendaal nu eens schenken ter gelegenheid van het 750-jarig bestaan?  ‘Eureka, een benkske’, zo zal de door hem geslaakte juichkreet in het Provinciehuis ongetwijfeld hebben geklonken.  Kennelijk hechtte de commissaris geen al te grote waarde  aan dit jubileum, want hij meende met een bankje van zeer bescheiden afmetingen pal voor De Kring te kunnen volstaan. Toen ik de afgelopen week mijn eerste kaartjes voor het nieuwe theaterseizoen ging afhalen, stuitte ik kort daarna op een sip kijkende vrouw die met armen vol theaterdocumentatie  zag hoe het benkske van de commissaris bezet was door spelende kinderen.
‘Wat jammer is dat. Ik had die informatie zo lekker in het zonnetje hier op mijn gemak graag even doorgenomen. Weet u misschien of er achter die kerk (wees op de St. Jan) wel bankjes staan?’, vroeg ze zachtjes. Helaas moest ik haar teleurstellen. De binnenstad telt vier gedeeltelijke activiteitenpleinen, het Kadeplein, de Markt, de Nieuwe Markt en het Tongerloplein. Ons gemeentebestuur heeft het in geen der gevallen nodig gevonden om de bezoekers een vrije zitplaats te offreren. Herhaaldelijk heb ik ex-wethouder Hans Verbraak bij de laatste renovatie van het Tongerloplein op- het hart gedrukt om het beoogde cultuurplein een gastvrije uitstraling te geven. Zoals gebruikelijk kwam er vanuit het Stadskantoor geen enkele reactie, met als gevolg: een koud, kil plein zonder enige uitstraling en nog erger, zonder ook maar een stuk openbaar meubilair behoudens de gift van de commissaris. Bij de eerste renovatie stonden er zowaar wel  enkele banken op de Nieuwe Markt, maar die waren geen lang leven beschoren.  Voor het Kadeplein gold hetzelfde scenario. Wie nu op de Nieuwe Markt van het zonnetje en de passanten wil genieten, is aangewezen op de randen van het ‘Lover van Lok’.  Inderdaad dezelfde Lok, die oordeelde dat openbaar meubilair niets toevoegt aan de Markt. ‘Laat ze maar lekker op een van de terrassen gaan zitten’, schamperde Lok toen ik hem met de ongastvrije uitstraling van het hart van Roosendaal confronteerde.  Dat niet iedereen bereid of in staat is om geld voor een terras uit te geven,  wilde er bij hem als rechtgeaarde VVD-er niet in. Ik heb de mevrouw met de theaterdocumentatie  maar doorverwezen naar het buiten het gezichtsveld liggende Emile van Loonpark, waar de banken nog enigszins gehandhaafd zijn. Moet je natuurlijk niet de pech hebben dat er net een zwerver zijn roes ligt uit te slapen! Beleef ’t in Roosendaal! Ja, ja, maar dat is in de zienswijze van Lok alleen weggelegd voor bezoekers met een goed gevulde beurs. Gratis zitten ziet het gemeentebestuur kennelijk niet zitten! 


Woensdag 21 augustus 2019

LAAT AZ EEN TIJDJE LEKKER BALLEN IN HET RBC STADION

‘Een eigen huis een plek onder de zon en altijd iemand in de buurt die van me houden kon’. René Froger bracht heel goed onder woorden wat een ‘mens gelukkig maken kan’. Heel triest dat een sympathieke topclub als AZ nu net dat zo belangrijke plekje voor onbepaalde tijd moet ontberen. Het duurt vermoedelijk nog een hele tijd voordat de Alkmaarders weer in hun eigen stadion terecht kunnen nadat ruim een week geleden een deel van het dak van het stadion met donderend geraas instortte. Noodgedwongen lijdt AZ nu een zwervend bestaan. Komende donderdag mag de Alkmaar Zaanstreek-combinatie voor het Europa League-duel tegen Royal Antwerp gebruikmaken van de Grolsche Veste in Enschede, maar in de competitiewedstrijd tegen Groningen (0-0), gespeeld in het stadion van Den Haag, werd al duidelijk dat dit ontheemde elftal niet bepaald lekker in zijn vel zit. De AZ-spelers renden als dolende ridders over de Haagse bodem en dat stemt niet optimistisch voor het cruciale duel tegen Antwerp.
Wil AZ zich in voetbaltechnisch opzicht weer gelukkig kunnen voelen, dan is vervangende huisvesting snel geboden. Vraag en aanbod bij elkaar brengen, daar gaat het om. AZ is gebaat bij een vast tijdelijk onderkomen en daar kan Roosendaal prima in voorzien. Laat de Alkmaarders net zo lang als daar behoefte aan is zijn thuiswedstrijden afwerken in het Herstaco Stadion dat momenteel slechts een keer in de twee weken ‘onderdak’ biedt aan de liefhebbers van RBC. Het kuipje aan de Borchwerf verkeert in redelijk goede staat. Een likje verf hier en daar, een goede poetsbeurt wellicht en het stadion is weer spic en span. Het dak op het kuipje heeft sinds de bouw in 2000 zijn weerbaarheid ruimschoots bewezen, windvlagen hebben daar geen vrij spel. Roosendaal en Alkmaar zijn bepaald geen buursteden, maar dat mag voor de ware AZ-fan geen probleem zijn. Met het openbaar vervoer is de afstand redelijk snel te overbruggen, en dankzij ‘de loopbrug’ stopt de trein in feite pal naast het stadion. Roosendaal is sinds het faillissement van de BVO RBC in 2011 verstoken van professioneel topvoetbal en de ‘honger naar de bal’ zal ongetwijfeld een grote schare RBC-fans van toen opnieuw naar de Borchwerf drijven. Een win-winsituatie dus. En als het competitieschema voorschrijft dat RBC en AZ tegelijkertijd ‘thuis’ in actie moeten komen, is dat zelfs driedubbele winst. Plan RBC dan als voorwedstrijd van AZ. Een uitgelezen mogelijkheid voor de Roosendaalse amateurspelers om eens voor volle tribunes te acteren, en om zich in de kijker te spelen van het legertje voetbalscouts. Wat let sportwethouder René van Zinderen en eigenaar Paul Hermsen van het Herstaco Stadion om algemeen directeur Robert Eenhoorn van AZ uit te nodigen voor een oriënterend gesprek?  Roosendaal kan wel wat voetbalreuring gebruiken, het stadion brengt dan eindelijk eens wat geld in het laadje en dat moet een zakenman als Paul Hermsen toch wel als muziek in de oren klinken. Met de opbrengst van de verhuur kan na het vertrek van AZ onder meer een wielerbaan in het stadion worden aangelegd en dat biedt dan weer heel nieuwe perspectieven. ‘Het is toch je plekkie dat weg is’, sipt een jonge AZ-supporter op de website van de Alkmaarders. Zo’n jongen gun je toch een nieuw warm plekkie op Roosendaalse voetbalgrond!   Het zal de aanstaande burgemeester, Han van Midden (nu nog griffier bij de gemeente Rotterdam) toch ook wel plezieren om de kleuren rood en wit te zien wapperen op het stadion.
In een reactie in BN/DeStem stelt eigenaar Paul Hermsen zelf ook met deze gedachte te hebben gespeeld.  ‘Op zichzelf zou het leuk zijn, maar het is niet realistisch. AZ heeft 15.000 man thuispubliek en het Herstaco-stadion heeft 5.000 plaatsen’, aldus Hermsen die er aan toevoegt dat hij vorig jaar graag interlands van de Leeuwinnen binnen de poorten had willen hebben, maar toen op dezelfde beperkingen stuitte. Het is inderdaad waar dat AZ over een groot thuispubliek beschikt, maar het is de vraag of al die fans langdurig bereid zijn om verre afstanden te overbruggen om de ‘thuiswedstrijden’ van hun club bij te wonen. Waarschijnlijker is dat er op den duur een kleine kern overblijft. En mochten die 5000 stoeltjes ook dan niet toereikend zijn, dan is het altijd mogelijk om een groot videoscherm naast het Herstaco Stadion te plaatsen. Een soort Murray-Mountain of Henman-Hill zo pal naast de plek waar het allemaal gebeurt levert ongetwijfeld een heel aparte sfeer op.   Nogmaals, wat let sportwethouder René van Zinderen en eigenaar Paul Hermsen van het Herstaco Stadion om algemeen directeur Robert Eenhoorn van AZ uit te nodigen voor een oriënterend gesprek? Burgemeester Jacques Niederer en GL-voorman Jesse Klaver hebben in het verleden aangetoond dat  er op de terrassen van de Markt heel vruchtbare gesprekken te voeren zijn. Nadien heeft Klaver geen onvertogen woord meer over zijn geboorteplaats gezegd. 


Zaterdag 17 augustus 2019

EEN DUIZELINGWEKKEND AANBOD BIJ THEATER OP DE GRENS

Terwijl directeur Jan-Hein Sloesen er alles aan doet om De Kring weer Spic en Span te krijgen voor het nieuwe theaterseizoen treffen de mannen van Drie Maal Plankenkoorts de laatste voorbereidingen voor het ambitieuze festival ‘Theater op de Grens’. Verspreid over diverse locaties in en rond De Kring kan het publiek op 30, 31 augustus en 1 september genieten van een groot aantal gevarieerde voorstellingen. Inmiddels heb ik mijn persoonlijk spoorboekje na veel overpeinzingen samengesteld, alleen het overzien van het aantal acts was al een duizelingwekkende ervaring. Ontzettend veel respect dus voor de organisatie die dit allemaal rond heeft gekregen.
Voor de openingsdag staat al direct een van de hoogtepunten van het festival gepland. Mijn grote vriend Fred Delfgaauw keert terug naar Roosendaal met zijn veelgeprezen productie ‘Meer is Minder’. In tegenstelling tot wat zijn achterban van Delfgaauw is gewend, komt hij als doorsnee man gekleed in alledaagse kleren het podium op gelopen. Hij zeult met twee grote rode boodschappentassen met daarin de maskers en lappen die kleur gaven aan succesvolle personages uit vroegere voorstellingen. Grappig destijds waren de dialogen die zijn handen met elkaar voerden, zoals die tussen een vermoeid echtpaar dat een heel vermoeiend leven heeft gedeeld . Nog beter kwam Delfgaauw tot zijn recht als de tegen het ouderlijk gezag rebellerende babypop. Het is een behoorlijke tijd geleden dat ik deze creaties mocht aanschouwen, maar ik hoop vurig dat de chagrijnige in regenjas gehulde alcoholicus de tand des tijds heeft doorstaan. Uit zijn monoloogje was/is op te maken dat hij dringend naar huis moet vanwege zijn aquarium, dat echter leeg is omdat hij vissen die doodgaan zo akelig vindt. Het publiek is er getuige van hoe Delfgaauw de verlepte regenjas en het dronken masker naar dat lege aquarium sleept. Triest genoeg zijn deze personages zeer herkenbaar, want we kunnen ze in steeds grotere getale door de winkelstraten zien lopen. Roosendaal is daar bepaald geen uitzondering op. ‘Minder is Meer’ is geprogrammeerd in de kleine zaal. 
Het programma van zaterdag 31 augustus biedt onder meer de mogelijkheid om twee bekende (Roosendaalse) theatergezichten weer eens aan het werk te zien. De Vrouwen van Wanten, in 2016 opgericht door Sofie Habets en Romy Rockx, hebben hun naam eer aan gedaan. Zij hebben sindsdien samengewerkt met Theater Rotterdam, Mooi Weer & Zo, Kade40, KCR en het Zuidelijk Toneel. In de Tongerlotuin spelen ze het stuk ‘Donkiesnot’, dat draait om de dromerige Donny die zich daarbij niet laat hinderen door rekentoetsen. Maar ook wanneer hij voetbalwedstrijden bezoekt, op de achterbank van vaders auto zit of de afwas doet, nemen dromen bezit van hem. Een onweerstaanbare verleiding, want in zijn dromen is hij een wereldberoemde ridder die strijdt voor het goede. Wanneer Donny niet droomt is de wereld helemaal niet zo leuk. Zijn klasgenoten schelden hem uit voor Donkiesnot. Zelfs Dunija lacht dan mee, het mooiste en liefste meisje van de school, en dat gaat Donkie uiteraard niet in de koude kleren zitten. Iemand uitlachen en vooral meelachen met de meute zijn bepaald geen uit liefde voortgekomen daden, wellicht droomt Donny alleen maar dat ze lief is.
Een voorstelling waar ik deze zaterdag heel benieuwd naar ben is ‘Mensen dragen dingen’ van Lotte Boonstra. Sander Janssens schreef hierover in Het Parool:

'Op een leeg plein tussen de scheepsbouwloodsen en filmende hangjongeren toont ze de mens, haast bezwijkend onder het gewicht van uitpuilende backpacks, gigantische jerrycans en zelfs betonblokken; of stoïcijns winkelwagentjes voortduwend, afval meezeulend of verdrinkend in gigantische kostuums. Altijd de uitputting tegemoet. Zo weet Boonstra, in een wat willekeurige en dus iets te vrijblijvende choreografie, met haar poëtische en prettig absurde beeldtaal ons perspectief op onszelf zo nu en dan voor een kort moment te kantelen’.
De Theaterkrant was iets milder in zijn oordeel: ‘Boonstra stuurt de blik van haar publiek door doorlopend nieuwe sculpturen te introduceren. Daarbij is het zoeken naar welke vragen ze wil oproepen. De kruising tussen een expositie en performance maakt dat je de diepte die een zorgvuldig opgezette expositie kan geven niet vindt door de vluchtigheid, maar ook de opbouw en rode lijn in een performance niet, doordat het veel weg heeft van een expositie. Toch is het een boeiende vorm. De dragende mens wordt uit haar functionele rol gehaald en als subject van reflectie in de ruimte geplaatst. Het publiek maakt selfies met de beelden en imiteert ze door hun eigen draagzak ook eens op hun hoofd te leggen. In Boonstra’s associatieve spel komen haar kostuums tot hun recht, terwijl de diepere vragen die zij daarmee aanboort nog meer aan de oppervlakte mogen komen’.
Uiteraard komt Drie Maal Plankenkoorts zelf ook in actie, en wel met het stuk ‘Ballen’ (onlangs nog te zien geweest in het Openluchttheater Nispen). Deze voorstelling over de actuele man-vrouw-verhouding, die in mijn spoorboekje genoteerd staat voor zondag 1 september op buitenlocatie 3, blijft actueel en vergt voortdurend aanpassingen,  want de relatie tussen mannen en vrouwen heeft het karakter gekregen van immer ‘Schuivende Panelen’, woorden die je zo boven een verkiezingsprogramma kunt zetten. Het gehele programma is terug te vinden op www.theateropdegrens.nl en op de website van De Kring. 


Donderdag 15 augustus 2019

GEEF MIJ MAAR ROOSENDAAL

Heel lang werd het tweewekelijkse zanguurtje op de woensdagochtend in St. Elisabeth afgesloten met de Johnny Jordaan-klassieker ‘Geef mij maar Amsterdam’. Dat moet toch anders kunnen, dacht de muzikaal leider, want het Amsterdamgehalte in St. Elisabeth is vrijwel nihil. Spontaan ging hij voor in het nieuwe gebed ‘Geef mij maar Roosendaal’. Maar van een vaste tekst was nog geen sprake. Ik hoop in deze lacune te voorzien middels onderstaande tekst.

Geef Mij Maar Roosendaal
Johnny Jordaan – hertaald Jaap Pleij

Geef mij maar Roosendaal
Dat is mooier dan Maastricht
Geef mij maar Roosendaal
Mijn Rozen Paradijs
Geef mij maar Roosendaal
Met zijn Markt en zijn Draai
Want in Tullepetaonestad ben ik rijk
En gelukkig tegelijk
Geef mij maar Roosendaal
De Spaarkas en het IQ 
Waren een weekje in Maastricht
Om de contributie te verteren
Ome Wilbert de kapitein
Had al maanden voor die tijd
In zijn eentje Limburgs zitten leren
Maar toen niemand hem verstond, belde hij Rieu
In zijn oren klonk het wat sneu  
Geef mij maar Roosendaal
Dat is mooier dan Maastricht
Geef mij maar Roosendaal
Mijn Rozen paradijs
Geef mij maar Roosendaal
Met zijn Markt en zijn Draai
Want in Tullepetaonestad ben ik rijk
En gelukkig tegelijk
Geef mij maar Roosendaal

Op de hoge Sint Jan
Ging een bolhoed haast om zeep
Hij had euforisch net een liedje gekweeld
Als de kapitein niet toevallig
Net zijn lange stelten greep
Had hij nooit geen tuba meer gespeeld
Van de schrik snelden ze weer naar Rieu
die dirigeerde blozend het IQ met zijn keu

Geef mij maar Roosendaal
Dat is mooier dan Maastricht
Geef mij maar Roosendaal
Mijn Rozen Paradijs
Geef mij maar Roosendaal
Met zijn Markt en zijn Draai
Want in Tullepetaonestad ben ik rijk
En gelukkig tegelijk
Liever in Roosendaal zonder poen
Dan in Maastricht met een miljoen
Geef mij maar Roosendaal


Donderdag 15 augustus 2019

WAT ALS PINNEN EN CASH TEKORT SCHIETEN?

Lange tijd heb ik gevreesd voor de dag dat het contante geld definitief als betaalmiddel zal hebben afgedaan. ‘Centen in je zak’ geeft immers zo’n rijk gevoel. Met een briefje van 50 euro de supermarkt binnen stappen, gewoon lekker contant afrekenen en niets getuigt ervan dat je ooit zaken hebt gedaan met de heer Dirk van de Broek. Toch wijst alles erop dat deze idylle zijn houdbaarheidsdatum nadert. De plaatselijke schouwburg De Kring is al overgeschakeld op het systeem van cashloos betalen, en het lijkt slechts een kwestie van tijd dat de supermarkten –waarschijnlijk als laatsten der Mohikanen-  ten langen leste zullen volgen. Onlangs noopte een gering gemis aan keukengerei mij naar een zaak voor huishoudelijke artikelen. Bij de kassa ontspon zich een tafereeltje dat afbreuk deed aan de goede zaak. Op verzoek van de caissière ondernam een oudere dame een verwoede poging om de aangeschafte eierprikker met gepast geld te betalen. Zich niet bewust van de ongeduldige blikken achter haar overhandigde de dame na een lange zoektocht glimmend van trots het laatste muntje aan de caissière. ‘Ziet u wel, netjes gepast’, klonk het triomfantelijk. ‘Misschien is pinnen, cashloos of contactloos betalen toch niet zo gek’, overwoog ik in een moment van zwakte. Niet veel later meldde zich een ongeveer even oude heer bij de kassa. ‘Pinnen graag’, mocht hij zich direct in de gunst van de caissière verheugen. Het gezicht van het meisje klaarde al op, maar opeens klonk het wanhopig: ‘Nee toch. Ik ben mijn pincode kwijt. Wat nu?’ Goede raad was duur, zo niet onbetaalbaar, en daar hielp geen pinpas, 50 eurobiljet of lieve moedertje aan!   


Donderdag 15 augustus 2019

KOEKEPEER THEATER GEEFT WIJZE LEVENSLESSEN

Met de voorstelling ‘Kijk daar vliegt een walvis’ door het Koekepeer Theater is er woensdagmiddag een punt gezet achter de reeks zomerse jeugdvoorstellingen in het Openluchttheater Vrouwenhof. Dit driemanschap, bestaande uit Rens van de Rijdt, Catharina Haverkamp en Michelle van Daalhoff (schrijver en regisseur van dit stuk), is al vaker te gast geweest in Roosendaal, onder meer met ‘Super Willem’, maar voor de zekerheid informeerde Rens toch maar even of ze door de organisatie aangekondigd zouden worden of dat hij geacht werd dat zelf te doen. O jee, daar bleek nog niet over te zijn nagedacht. Ineens moest ik even denken aan het legendarische Woodstock-festival, deze week vijftig jaar geleden. Op het moment dat de poorten opengingen voor het naar het muziek hongerende hippiepubliek, kwam de organisatie er achter dat niemand binnen hun club met de centrale presentatie was belast. Overhaast werd besloten dat de man van het licht dat er maar even bij moest doen, hij had immers verder toch niets om handen.
Bij het Koekepeer Theater ging dat zonder nader overleg. ‘Maakt helemaal niet uit. Ik doe het gewoon zelf. De pauze hoeft ook niet aangekondigd te worden, want dat zit in de voorstelling verwerkt’, lacht Rens joviaal. Het overwegend jeugdige publiek is niet toevallig samengestroomd voor deze voorstelling, zo blijkt al uit de openingswoorden van Lupina Fantastico. Allemaal hebben ze een prijsvraag gewonnen die recht geeft op een rondleiding door Lupina’s droomhuis. Om dit moment vast te houden nodigt Lupina een willekeurig jongetje in het publiek, Luuk geheten, uit om het kistje te bewaren waarin alle gedachten van de bezoekers zijn opgeslagen. Een lang verblijf in het huis van dit tante Sidonia-achtige personage is de gasten niet gegund. Lupina wil hen meenemen naar het land van Fabalaria.  Plots verschijnt een ongeschoren eenhoorn ten tonele. ‘He joh, je moet je baard scheren’, roept een durfalletje in het publiek dan ook terecht. ‘Je moet zelf je baard scheren’, kaatst het fantasiedier terug. Maar een blik op de wangetjes van dit enkele turven hoge blonde ventje leert dat dit ‘advies’ gespeend is van iedere realiteit. Over fantasie beschikt het manneke wel. De eenhoorn roep dat hij alleen zichtbaar is voor kinderen met fantasie. HEBBEN JULLIE DAT?, klinkt het luid. ‘ECH WEL’, neemt het blonde koppie iedere twijfel daaromtrent weg. Gezeten op een vliegend tapijt wordt de reis al handjes wapperend aanvaard. De eerste stop brengt hen in contact met een rijke sultan. ‘Als rijkste rijkaard ter wereld koop ik gewoon alles wat mijn hartje begeert.‘, pocht hij. Toch ben ik rijker’, brengt een arme zwerver daar tegenin. ‘Ik heb mijn dromen’, zegt hij op zalvende toon.  ‘Ik hoef nergens van te dromen. Ik koop het gewoon’, bromt de sultan. Dat is voor de zwerver het moment om zijn levensfilosofie te ontvouwen. ‘Kijk naar dit mooie strand. Dat hoef je niet te kopen. Dat heb je al’. De mooiste dingen in het leven zijn gratis, zo luidt tenslotte de overkoepelende boodschap. Om daar nog fijntjes aan toe te voegen: ‘Wanneer je je rijkdom niet deelt met minder bedeelden is het zelfs helemaal niets waard’. Maar wanneer en waar zien ze de walvis nu precies vliegen?’  Dat is nog even het geheim van het Koekepeer Theater. Wie daar achter wil komen, moet de voorstelling zelf maar gaan bekijken.
Ik vermoed dat dit gezelschap gewend is om dit stuk in piepkleine theaters heel kort op het publiek te spelen. In het openluchttheater Vrouwenhof liet de verstaanbaarheid echter het nodige te wensen over. Het stemgeluid van Rens kwam doorgaans wel goed door, maar gezien haar beperkte bereik was een microfoontje voor Catharina Haverkamp toch wel wenselijk geweest.    
Koekepeer Theater maakt nieuwe, moderne sprookjes waarmee de acteurs zowel kinderen als hun ouders willen aanspreken. Het doel is om samen met de kinderen op zoek te gaan naar antwoorden op vragen die velen van hen bezighoudt. Vaart en humor zijn daarbij de vaste ingrediënten. Dat bleek weer eens overduidelijk in het Openluchttheater Vrouwenhof.  


Dinsdag 13 augustus 2019

WIJZIGING ROUTE LIJN 2 ROEPT RAADSVRAGEN OP

Kranten lezen doen de raadsfracties zorgvuldig. De VLP en GroenLinks hebben respectievelijk via BN/DeStem en De Bode vernomen dat busmaatschappij Arriva het ‘Rondje Kalsdonk’ gaat schrappen en dat heeft bij deze fracties (raads)vragen opgeroepen. Zo stoort het de VLP dat Lijn 2 niet langer door maar juist rond Kalsdonk wordt geleid. Arriva heeft aangegeven dat er ‘nog voldoende opstapplaatsen overblijven op maximaal vierhonderd meter lopen’. Maar daar kijkt de VLP heel anders tegenaan. 
‘Door het schrappen van lijn 2 door Kalsdonk en de noodlijn, zullen met name oudere inwoners en inwoners welke van het openbaar vervoer afhankelijk zijn in een verder isolement geraken. Is het College het ermee eens dat juist in een van de oudste wijken van Roosendaal waar relatief veel ouderen wonen en waar ook relatief veel mensen net boven of onder de armoedegrens leven juist van deze lijnen gebruik moeten kunnen blijven maken?’, aldus de prangende vraag waar wethouder Cees Lok van onder meer Mobiliteit het antwoord op dient te geven.
De nieuwe centrumring die op aanbeveling van professor Riek Bakker is aangelegd, wordt door Arriva als grote boosdoener beschouwd. Die cirkel rond de binnenstad zou er toe leiden dat de Arriva het vervoerschema niet meer kan nakomen. Als fel tegenstander van de professors wilde plannen haakt de VLP ook daar gretig op in. ‘In het rapport Roosendaal: Gezonde stad van Riek Bakker staat: ‘Opstapplaatsen worden, afhankelijk van de herkomst en bestemming van de buslijnen, verlegd naar onder meer de rand van het Emile van Loonpark en nabij het Belastingkantoor, zodat bereikbaarheid van het centrum geborgd blijft. Overstapfunctie wordt verplaatst naar treinstation (waar alle regionale en stadslijnen samenkomen)’  Welke acties gaat u ondernemen om dit te realiseren, en hoe staat Arriva hier tegenover; wordt dit gelijktijdig gerealiseerd met de wijziging van de dienstregeling van Arriva in 2020/2?’, wrijven de vrije liberalen het gemeentebestuur ook nog even fijntjes onder de neus.
De vragen van GroenLinks voegen hier niets aan toe, en daarom is het merkwaardig dat deze partijen niet even de koppen bij elkaar hebben gestoken om één vragenlijstje samen te stellen. Waarom Cees Lok twee keer met dezelfde vragen lastiggevallen? Het zegt in ieder geval wel iets over de coördinatie tussen college- en oppositiepartijen in de raad. Die is er kennelijk niet. De PvdA sluit zich bij de gestelde vragen aan, maar heeft er zelf ook nog een paar. 
‘De ambitie bij de concessieverlener (Provincie Noord Brabant) en de concessiehouder (Arriva) is een robuust en efficiënt mobiliteitssysteem op basis van vraaggestuurde mobiliteit met een acceptabel kwaliteitsniveau of zelfs beter. 1. Wat is de ambitie van de gemeente hierin? 2. Heeft u gereageerd op het exploitatieplan 2020 van Arriva, zo ja, wat was uw reactie, zo niet, waarom niet? Alvast dank voor uw antwoorden. PvdA, Michael Yap.
Dat antwoord wacht ik met belangstelling af. Het College heeft minstens de morele plicht om op het exploitatieplan te reageren, en als dat inderdaad al gedaan is, waarom is daar geen afschrift van naar de raadsfracties gegaan. De PVC vermoedt dat het reeds vaak geconstateerde gebrekkige communicatievermogen van het gemeentebestuur hier debet aan is. 
De PVC vraagt zich ondertussen af waarom de raadsfracties dit ingrijpende nieuws uit de kranten moesten vernemen.  Waarom heeft wethouder Lok –ik neem aan dat hij het al eerder wist-  deze informatie niet direct met de raadsfracties gedeeld?  Het college heeft toch immers een informatieplicht. Lok heeft ooit in een schrijven aan de PVC laten weten ‘slechts verantwoording verschuldigd te zijn aan de gemeenteraad’, hij had dus weleens op eigen initiatief dit nieuws bekend mogen maken.  De VLP heeft net als de PVC en de vermaarde echte binnenstadsdeskundige Cor Molenaar direct laten weten helemaal niets te zien in de planmakerij van Bakker, maar waarom heeft GroenLinks als hartstochtelijk Riek Bakker-volger zich in het voortraject niet verdiept in de consequenties die de centrumring heeft voor de mobiliteit. Deze partij moet dus zich dus niet beperken tot vragenstellen, maar heeft zelf ook het nodige uit te leggen. Zoals de zaken er nu voorstaan zijn de mobiel zwakken (in de wijk Kalsdonk en mogelijk ook andere wijken) het grootste slachtoffer van de geringe daadkracht van de Roosendaalse politiek.


Zondag 11 augustus 2019

GUN DE KRINGLOOPWINKELS EEN PLEK IN DE BINNENSTAD

Voor degenen die regelmatig door het Roosendaalse centrum lopen, is het geen verrassing meer. Een onderzoek van bureau Locatus heeft bevestigd dat funshoppers uit de regio middelgrote steden als Roosendaal en Bergen op Zoom in toenemende mate mijden ten faveure van ‘grootheden’ als Breda, Rotterdam, Antwerpen en zelfs Den Bosch. Bergen op Zoom heeft dankzij de historische binnenstad zijn cultuurzoekers nog, maar Roosendaal heeft de bezoeker van buitenaf maar bitter weinig te bieden. Stel, je arriveert op een doordeweekse dag op het station om op zoek te gaan naar vertier. Waar zoek je dan je heil? Grote kans dat je in museum Tongerlohuys terecht komt, maar daar ben je ook redelijk gauw uitgekeken. Bezoekers die op spektakel uit zijn kunnen terecht in het Sky-divecentrum. De enige attractie die Roosendaal landelijk op de kaart zet, maar bepaald geen publiekstrekker is. Helaas laat de nieuwe BIGGER-bestemming van De Biggelaar ook nog even op zich wachten.
Bij De Kring staat de bezoeker overdag ook meestal voor een dichte deur en het winkelaanbod is dusdanig dat er vrijwel geen winkels meer zijn waarvoor je speciaal naar Roosendaal afreist. Een aantal jaren terug is het gemeentebestuur in zee gegaan met professor Riek Bakker, wiens basistaak het was om het winkelbestand flink op te krikken. Een peperdure, overbodige ringweg is naast een binnenstadsdirectie die elke maand 16.000 euro toucheert zonder aanwijsbare tegenprestatie het enige ‘tastbare resultaat’ van Bakkers bemoeienis. De middenstand is er geen eurostuiver wijzer van geworden. Bakker zelf uiteraard wel. Locatus heeft becijferd dat over tien jaar nog dertig tot veertig steden aantrekkelijk zijn voor recreatief winkelen. Dat zijn met name de grote gemeenten die de bezoekers ook nog ander vertier te bieden hebben. De toerist wil naast het funshoppen immers nog wel iets anders te doen hebben.  Het onlangs verschenen rapport Brabantse Detailhandel 2019 sluit daar qua bevindingen naadloos bij aan. Breda, Tilburg, Den Bosch en Eindhoven, oftewel de grote vier, scoren veel beter dan de tien middelgrote gemeenten, waaronder Roosendaal en Bergen op Zoom. Locatus heeft in de eerste helft van 2019 een toename van vierduizend vierkante meters leegstand gesignaleerd in de Roosendaalse binnenstad. En hoe reageert de gemeente op die alarmerende cijfers? Die laat via een woordvoerder weten dat dit te maken heeft met de ontwikkelingen rond het voormalig V&D-complex waar winkelruimte plaats gaat maken voor woningbouw. De leegstaande winkelpanden aan de Dr. Brabersstraat, voorheen al jaren ingevuld als pop up-stores, worden in afwachting van die ontwikkelingen voorlopig ook niet ingevuld. Wanneer zesduizend van die in totaal achtduizend vierkante meters van het V&D-pand zijn getransformeerd naar woningen, zal de leegstand in winkeloppervlak weer drastisch dalen,  aldus het kluitje waarmee de gemeentewoordvoerder de verslaggever van BN/DeStem het riet instuurde. Tsja, dat is ook een manier om een probleem op te lossen. Je lost het niet op, je verwijdert het gewoon. Feit blijft dat de binnenstad straks –neem ook de ontwikkelingen in Stadsoevers in ogenschouw- veel meer bewoners telt die in veel minder winkels terecht kunnen. Met het verdwijnen van zesduizend vierkante meter winkeloppervlak wordt het centrum er ook voor de funshoppers bepaald niet aantrekkelijker op.    


’Maar zie hoe het winkelstraatje Tussen de Markten is opgeknapt. Het is weer prettig om daar doorheen te wandelen’, stelt voorzitter Roeland van de Velde van ondernemersvereniging Collectie in het krantenartikel.  Hij formuleert het onbedoeld juist. Het straatje is inderdaad prettiger dan vroeger om doorheen te lopen, maar buiten het terras is er van verblijfswaarde geen sprake. De Roselaar doet het momenteel ook goed, maar bedenk wel dat bij een vorige renovatie al de nodige winkeloppervlakte is ingeruild voor een speelplaatsje. Bovendien is het aanbod hier wel erg modegericht en dus eenzijdig. Dat geldt ook voor paradepaardje Rosada met zijn twee miljoen bezoekers per jaar. Bovendien is en blijft het een dorpje apart. Menigeen weet niet eens dat het bij Roosendaal hoort.  Wethouder Toine Theunis heeft in het verleden gewezen op het economische belang van de komst van de Associate Degrees Academie naar Roosendaal. ‘Die lopen ook de stad in’, debiteerde hij een niet te ontkennen waarheid. Inderdaad, dat zullen ze in de middagpauze best even doen, maar ze komen en gaan voornamelijk weer. Als ze met de auto komen, verhogen ze bovendien de parkeerdruk die in de binnenstad toch al zo nijpend is. Daarnaast mag deze ADA de genoten gastvrijheid zo langzamerhand weleens gaan belonen. De studenten volgen opleidingen op het gebied van aarde en milieu, economie en bedrijf, exact en informatie, gedrag en maatschappij, gezondheid, recht en bestuur, techniek en taal en communicatie. Daar moet op het Mill Hillplein toch wel een leuke presentatiemarkt uit samen te stellen zijn.
Maar wat moet er dan wel gebeuren om de binnenstad weer aantrekkelijk te maken voor de regio? Jef Rademakers had daar in zijn DNA-lezing over Roosendaal in 2006 een passend antwoord op. Zorg dat er ook doordeweeks wat te beleven is. Een belevenis die nergens anders te vinden is. Letterlijk geciteerd: ‘Het zou goed zijn als Roosendaal zichzelf met een groots, cultureel project op de kaart zou zetten. Een Jurassic Park, een museum voor romantische kunst, een velodrome, een Maria-verschijning, een megabordeel, doet er niet toe wat. De Eiffeltoren en Atomium zijn overblijfselen van grote wereldtentpoonstellingen. Zoiets zou Roosendaal ook kunnen doen: een tentoonstelling van alles wat de stad te bieden heeft. Een naam heb ik al: WAROUBI. Tussen droom en daad staan wetten in de weg, en praktische bezwaren, dichtte Willem Elsschot. Maar zonder droom begint er niks. Ik ben er trots op dat ik ooit een Roosendaler gekend heb die zo’n dromer was, mijn eigen vader Toon Rademakers’.  
En om toch nog even op het winkelen terug te komen. Funshoppers willen graag iets beleven. Ergens binnenstappen en dan maar zien wat er op je pad komt. De enige winkels waar nog wat te ontdekken valt zijn de zogeheten kringlopers die momenteel dan ook ongekend populair zijn. Het merkwaardige is dat deze in Roosendaal allemaal zijn weggestopt in het buitengebied. Gun kringloper Simple van Saver (en ook diens toekomstige koopjeshal), Second Sale en de Koopjesknaller   een volwaardige plek in de binnenstad en binnen de kortste keren leidt dat tot een enorme levendigheid. Daarmee zou Roosendaal een mooie voorsprong nemen op de concurrentie uit de regio en over echte publiekstrekkers beschikken. Enkele jaren terug heeft een ondernemer geprobeerd een kringloopwinkel te openen in de Dr. Brabersstraat. In plaats van medewerking van de gemeente stuitte hij op het ontmoedigingsbeleid van de vrouwelijke helft van de tweekoppige binnenstadsdirectie, die ‘een dergelijke winkel niet passend vond in het centrum’. Te hopen valt dat het Stadskantoor binnenkort onder de nieuwe burgemeester Han van Midden beduidend meer positieve handelsgeest uitstraalt  


Vrijdag 9 augustus 2019

ZONDER PASSENDE VERGOEDING GEEN OPTREDEN

Ondanks de ‘nieuwe zakelijkheid’ die de huidige maatschappij kenmerkt, krijgen zangers en instrumentalisten nog regelmatig het verzoek om ergens gratis of tegen een minimale reiskostenvergoeding te komen optreden. Veel met name beginnende artiesten weten niet goed hoe ze op zo’n ‘uitnodiging’ moeten reageren.  Zeker omdat de invitatie heel vriendelijk wordt ingeleid met ‘toen we het programma voor deze avond gingen invullen, kwam direct jouw naam bovendrijven’ of woorden van gelijke strekking. Maar dan komt het. ‘Je begrijpt natuurlijk wel dat het budget geen mogelijkheden biedt om artiesten te betalen. Er zijn wel gratis consumptiebonnen voor jou beschikbaar en met dit optreden kom je wel in de schijnwerpers en waarschijnlijk in de krant te staan’. Of je je komst maar zo snel mogelijk wil bevestigen.  Over reiskostenvergoeding wordt niet zelden in het geheel niet gesproken.
Allereerst rijst de vraag waarom het zo natuurlijk is om te begrijpen dat er geen artiestenbudget is. Wie een feestelijke bijeenkomst organiseert, heeft ook met andere kosten te maken, en daar is dan wel budget voor? Er is dus wel geld in kas – moet wel, geen geld betekent geen feestje- maar dat is dan kennelijk voor andere kostenposten gereserveerd.  Zelfs een gerenommeerd auteur als de onlangs negentig jaar geworden Remco Campert trof tot op hoge leeftijd regelmatig verzoeken in zijn mailbox aan om literaire festivals op te luisteren met het declameren van een aantal gedichten. En uiteraard werd ook zijn begrip gevraagd voor het ontbreken van budget om de dichters van te betalen. Campert bedankte meestal op ironische wijze voor de eer. ‘Net als u denk ik dat een optreden mijnerzijds uw festival zeer ten goede zal komen. Maar zonder passende vergoeding geen declamatie. Als u bij de bakker komt en bij voorbeeld om een tijgerbol vraagt met vermelding daar geen budget voor te hebben, krijgt u ook nul op het rekest. En die mededeling wordt dan niet gevolgd door ‘Prettige dag verder’. Waarschijnlijk zal hij u niet vriendelijk verzoeken zijn winkel zo snel mogelijk te verlaten. Die prettige dag wens ik u overigens wel toe’.  Bij media-optredens gelden er andere waarden. Meestal worden artiesten vanwege de promotionele waarde geacht hun act gratis te komen opvoeren, en ze zijn daar doorgaans dan ook wel toe bereid. Ze nemen het zelfs voor lief om na 1 minuut al weggedraaid te worden zoals bij DWDD het geval is. Heel wrang als je bedenkt dat Peter R. de Vries wel zijn ‘uurtje-factuurtje’ naar de omroep mag sturen.  In zorginstellingen is het entertainment nu doorgaans wel ordentelijk geregeld. Binnen het totale welzijnsbudget wordt daar doorgaans een bedrag voor gereserveerd dat de zorginstellingen zelf mogen bepalen en invullen. Landelijke regelingen zijn daar (nog) niet voor. Wel wordt er momenteel studie naar verricht in hoeverre het zinvol is om meer diversiteit en maatwerk te bieden. Niet iedere bewoner is immers gecharmeerd van het ‘kun je zingen, zing dan mee’.
Met name voor lokale nog niet landelijk doorgebroken artiesten ligt het moeilijk om het o zo vriendelijk gestelde aanbod af te slaan. Zeker wanneer het een organisatie uit de eigen woonplaats betreft. Er zijn gevallen bekend waarin de ‘weigerzanger’ in de lokale media als geldwolf en harteloos werd afgeschilderd. Het ging toch immers om een concert van nobele aard. Waar haal je dan het lef vandaan om ‘nee’ te zeggen?  Deze vorm van imagoschade kan een beloftevolle carriere in de kiem smoren.  Bovendien kregen de artiesten die in een kwaad daglicht werden geplaatst, op straat en in de winkels heel wat verwensingen naar hun hoofd geslingerd. Organisatoren beseffen vaak niet dat een gratis artiest de markt bederft voor zijn collega’s. Tegen gratis valt immers niet te concurreren.  Het bureau Music Motion adviseert wanneer de artiest dit optreden heel graag wil doen iets anders te vragen dan geld.
MusicMotion: Er wordt vaak promotie beloofd. Maar het is niet van deze tijd om die promotie te beperken tot het optreden zelf en het publiek: de opdrachtgever kan natuurlijk op veel meer manieren jouw muziek promoten. Bij voorbeeld: Facebookberichten / Tweets. Spreek dus met de opdrachtgever af hoeveel berichten hij / zij plaatst over jouw muziek op social media, liefst ook de inhoud en de tags. Bespreek jouw vermelding op de website van de opdrachtgever, vermelding van jouw muziek in mailings naar de relaties van je opdrachtgever. Focus in die promotie op iets waar je het meest waarschijnlijk een reactie op krijgt. Bv unplugged optreden in de huiskamer.
Omdat je niet betaald wordt, ben je eigenlijk te beschouwen als co-producent van het concert, en dat geeft je het recht om het naar eigen hand te zetten. Een optreden waar je enkele belangrijke gasten voor wilt uitnodigen? Zet ze op de lijst. Heeft de opdrachtgever een handige jongen/meisje in dienst? Laat die een mooie promotievideo maken van het optreden. Nieuw materiaal wat je graag wilt uitproberen? Doen!

Na een rondvraagje langs artiesten uit meerdere genres kwamen er nog wat ideeën naar voren, zoals: het gebruiken van de ruimte van de restaurant-opdrachtgever als repetitieruimte. Of: meer producten verkopen dan alleen je merchandise na je concert (een zangeres was ook kledingontwerper en verkocht enige tijd haar kleding in een kleine popzaal). Essentieel: bij akkoord, zet die tegenprestaties op een rijtje als een zakelijke overeenkomst. Schrijf ze op. Zodat je elkaar er aan kunt houden. Te vaak kan je het op deze manier natuurlijk niet doen, want van bovenstaande tegenprestaties kan je niet leven. Maar op die manier is het duidelijk dat een optreden in elk geval niet gratis kan: er moet wat tegenover staan. En wat de reiskosten betreft: ‘U snapt natuurlijk dat we die in elk geval wel in rekening moeten brengen.


Woensdag 7 augustus 2019

PELLE & PIP BRENGEN DE BOODSCHAP VAN VRIENDSCHAP

Bij de vorige jeugdvoorstelling op de woensdagmiddag in het park Vrouwenhof, Alleen op de wereld,  deed het gemis aan een overkapping zich ernstig gevoelen, wat vooral tot uiting kwam in diepe zuchten, haastig aangeschafte hoofddeksels, overmatig water- en ander drankgebruik en een ruime consumptie van ijsjes en aanverwante zaken. De koperen ploert was onvermurwbaar en bleef maar met heftige zonnestalen ongenadig instralen op de toch al zo kwetsbare kinderhoofdjes. Naar aanleiding van een ‘aanklacht’ richting gemeentebestuur wegens het verwaarlozen van de zorgplicht op deze nieuwssite, liet de bekende Bergenaar Gertjan Huismans weten dat er in zijn woonplaats een ruim bemeten overkapping  lag opgeslagen in de loods van de stichting Facilitair bedrijf. Een krachtdadige wethouder zou in dat geval direct de telefoon hebben gepakt om met enkele belletjes een transfer van deze felbegeerde schaduwbrenger van Bergen op Zoom naar Roosendaal te bewerkstelligen.
Uiteindelijk kwam het op het bestuur van het openluchttheater Vrouwenhof zelf aan om Bergen op Zoom te bewegen een daad van goedertierenheid te verrichten ten bate van de bevriende oosterbuur. De meeste Roosendaalse kindertjes worden toch al geboren in het Moeder & Kindcentrum van Bravis in Bergen op Zoom, en dat schept van Bergse kant toch een morele verplichting. Naar verluidt heeft het bestuur geen enkele functionaris van het Bergse facilitair bedrijf kunnen traceren die daar een beslissing over kan en/of mag nemen. Wellicht kan Gertjan Huismans, die als geen ander de weg weet binnen het Bergse verenigingsleven,  zich opwerpen als verbindingsman en wegwijzer. 
Gelukkig kon de organisatie het deze woensdagmiddag gemakkelijk zonder overkapping stellen. Aanvankelijk leek het publiek eerder beschermd te moeten worden tegen de regenval, waar een overkapping eveneens het aangewezen middel voor is, maar met uw verslaggever meldde ook een alleszins aangenaam mild zonnetje zich boven het Vrouwenhof. Niets weerhield Pelle & Pip er dus van om met het Vrouwenhof als vertrekpunt aan hun muzikale wereldreis te beginnen. De prille jongeren in het publiek mochten mee, voor zover ze tenminste onder de noemer jongens of meisjes vielen. Vroeger klonk zoiets heel onschuldig, tegenwoordig waarin alle zekerheden schijnbaar verdwenen zijn, moet je daar toch een beetje mee oppassen. Pip zorgde met haar uitroep IK MOET PLASSEN op het laatste moment voor de nodige vertraging. In Huize St. Elisabeth hoor ik die wanhoopskreet ook weleens, maar bij Pip ging het vochtverlies met wel heel veel Spetter Pieter Pater Kledderend water gepaard. Vier kilo lichter was Pip dan eindelijk ook zo ver om de verre reis te aanvaarden. Maar op dat moment maakt Adrie de Postbode, gezegend met een krulsnor die de borstel onder de neus van wethouder Cees Lok doet verbleken, zijn entree. Glunderend van trots vertelt Arie dat zijn reisdoel al vast ligt. Hij blijkt zowaar een afspraak te hebben met de beroemde regisseur Steven Spielberg in Beverlee Hils om auditie te doen voor een spannende film. Een heus ruimteavontuur wacht hem daar als André Kuipje. ‘Maar’ , zo waarschuwen Pelle en Pip terecht, ‘dan moet je wel zorgen goed beslagen ten ijs te komen bij die auditie’. Er moet dus eerst flink gerepeteerd worden, en daar stellen Pelle en Pip hun droomreis graag nog eventjes voor uit. Wanneer die samenwerking niet helemaal gladjes verloopt, besluit Arie toch maar in zijn uppie naar huize Spielberg te gaan. Daarmee brengt hij onbedoeld het toch al onafscheidelijke duo nog nader tot elkaar. In het bijzijn van het publiek bezegelen ze hun hernieuwde vriendschapsrelatie met het pakkende lied ‘WIJ ZIJN VRIENDEN’. Niet veel later verschijnt Arie weer ten tonele in zijn postbodekloffie. De afspraak met Spielberg is helemaal de mist ingegaan. Deze was de komst van de Nederlandse brievenbezorger domweg vergeten en dus zit er voor Arie voorlopig niets anders op dan te berusten in zijn droevig lot van de anoniem werkende mens. Pelle en Pip laten Arie weer helemaal in zichzelf geloven door hem neer te zetten als de beste postbode ter wereld. En zo groeit ‘Arie, Arie van de post’ toch nog uit tot een begrip. Niet wereldwijd, maar bescheidenheid siert nog steeds de mens. Met vijftig minuten was de voorstelling aan de korte kant, maar het drietal nam wel alle tijd voor de fotosessie.  


Dinsdag 6 augustus 2019

ZORGENTERTAINMENT IS EEN VRIJWEL ONONTGONNEN TERREIN

Toen mijn moeder enkele weken na binnenkomst in de zomer van 2018 dankzij een optreden van de sympathieke zangeres MarieChristien oog kreeg voor het amusement in Huize Elisabeth liet ze zich ontvallen Gerard Cox nog eens in levende lijve te willen zien optreden. Nu doet Ome Gerard incidenteel De Kring nog weleens aan, maar zorgentertainment betekent voor mij per definitie entertainment aan huis.  Vervoer in busjes naar voorstellingen gaat vaak gepaard met veel stress en dat kun je mensen op deze vergevorderde leeftijd beter niet aandoen.

Op het eerste gezicht leek het me niet zo moeilijk om haar grote wens in vervulling te laten gaan. In zijn vaste column CC-tje in het huis-aan-huisblad De Oud-Rotterdammer foetert ‘Ome Gerard’ regelmatig op al die ‘zakkenvullers en graaiers’ met uitsluitend dollartekens in hun ogen. In de herfst van zijn leven zal hij vast wel bereid zijn om tegen een schappelijke vergoeding een middagvullend optreden in St. Elisabeth te verzorgen. In die (naïeve) verwachting nam ik via de mail contact op met zijn boekingskantoor, ‘bemenst door Marcelle de Koninck, noemde wat nummers die mijn moeder graag nog eens wilde horen, en vroeg heel beleefd naar het ongetwijfeld bescheiden prijskaartje dat er aan zijn komst naar Roosendaal hing. Mijn geduld werd niet lang op de proef gesteld. Binnen het uur was er al een reactie. Gerard Cox was inderdaad bereid tegen een schappelijke vergoeding te komen optreden voor al die lieve bewoners van St. Elisabeth. Alleen had hij een heel andere opvatting van het woord ‘schappelijk’ dan ik. 

Hallo meneer Pleij, 

Gerard is momenteel in Azië voor RTL 4 voor het nieuwe programma Beter Laat Dan Nooit. Ik moet het met hem overleggen . Maar om u een indicatie te geven. Een optreden met pianist komt voor 45 minuten op € 3000,00. Dat betekent incl pianist excl licht en geluid. Gerard doet dan Nederlands repertoire . Hij gaat dan terug in de tijd. Het fijnste zou zijn als er een gestemde piano zou zijn. Is die niet aanwezig brengen wij een keyboard mee. U dient wel voor goed geluid te zorgen. Hopelijk heb ik U een beetje geïnformeerd . U kunt een datum kiezen. Wij kijken dan of die in onze agenda past . Met vriendelijke groet, Marcelle De Koninck.

In enkele zinnen werd ik met de neus op de harde entertainmentfeiten gedrukt en ik wist meteen dat commerciële boekingskantoren en zorginstellingen geen goede match is. Recent kwam het gesprek na een middagje gezellige muziek in restaurant ’t Trefpunt op een andere coryfee uit moeders glorietijd: de inmiddels 82-jarige Frits Lambrechts, van wie ze zich liedjes als ‘Quick quick slow’, ‘De ballade van de twee oudjes’, ‘Moeder is Dansen’ en ‘Mensch durf te leven’ nog goed herinnert. Frits Lambrechts had vorig televisieseizoen een klein rolletje in de serie over Hendrik Groen (met Andre van Duijn), maar ik had geen idee of hij muzikaal nog actief is. Daarom er maar –tegen beter weten in- een soortgelijk mailtje als een jaar eerder aan Gerard Cox aan gewaagd. Ook deze keer reageerde het boekingskantoor zeer adequaat, maar niet zoals ik had gehoopt. 
       

Beste meneer Pleij,

Frits heeft er lang over nagedacht en ook zijn archief doorgespit maar heeft eigenlijk nagenoeg niets meer van het door u gevraagde repertoire.
Natuurlijk treedt Frits nog vaak op maar dat is tegenwoordig met geheel ander repertoire, wellicht met uitzondering van ‘Mens durf te leven’.
De laatste jaren treedt Frits op met Elsbeth Vernout, onder meer met een stuk over het vroegere Indonesië. Uit deze voorstelling kunnen wat nummers gehaald worden voor een optreden van 30 minuten in het verzorgingstehuis van uw moeder en waarschijnlijk kan Frits dat dan aanvullen met 1 of 2 bekende nummers voor uw moeder. De gage bedraagt EU. 3500,- ex btw en excl. gestemde piano en geluidsinstallatie.

Dat leek me toch niet helemaal de bedoeling en daarom heb ik de attente mevrouw van het boekingskantoor onder dankzegging voor Frits duik in het archief maar laten weten dat dit ook in financieel opzicht geen haalbare kaart is. Maar hoe breng je dan wel verantwoord amusement van niveau naar de zorginstellingen?  Gelukkig voor deze sector zit het politieke tij mee. Samen met patiënten, cliënten en professionals in de zorg, heeft de Rijksoverheid de afgelopen jaren er veel aan gedaan om de kwaliteit van leven in de zorg fors op te krikken. ‘Regelmatig en goed ontspannen is een voorwaarde voor een goede gezondheid. De boog kan immers niet altijd gespannen zijn. Hoe mensen zich ontspannen verschilt per persoon, en de effecten van ontspanning op gezondheid zijn dan ook uiteenlopend. In het algemeen kan worden gezegd dat ontspanning herstel bevordert en energie levert voor toekomstige inspanning’, zo ontvouwde minister Hugo de Jonge van Volksgezondheid zijn visie op de zorg van de toekomst.  Bij mijn zoektocht naar betaalbaar amusement op maat stuitte ik al snel op de website ZORGENTERTAINMENT, een particulier initiatief van Roel van Dongen.

Zijn doelstelling is om ‘één herkenbaar en duidelijk platform’ te scheppen waar zowel de vragende- als de aanbiedende partij elkaar kunnen vinden. De site biedt een helder overzicht van allerlei artiesten, muzikanten & performers die hun programma-aanbod hebben afgestemd op de ‘groeiende behoefte aan ontspanning’ in zorginstellingen. Belangstellenden kunnen via het formulier onderaan hun vermeldingspagina rechtstreeks contact opnemen met de artiest(en) naar keuze. Roel van Dongen bemoeit zich daar zelf in het geheel niet mee. De prijzen variëren sterk, maar de meeste voorstellingen zijn te boeken voor het all-in-bedrag van 300 euro.
Een andere mogelijkheid is de stichting Goud voor Oud, met zangeres Nancy van Heeswijk als kartrekker. Zij wil met het initiatief zorgen dat ouderen en oudereninstellingen in het hele land gemakkelijker gebruik kunnen maken van optredens op hoog niveau. Van Heeswijk loopt al lang mee in het artiestenwereldje, en treedt overal in het land op, particulier en zakelijk, en zo dus ook in zorgcentra. Ze weet waar de schoen wringt bij veel (zorg)instellingen: geldgebrek. ‘Er zijn her en der potjes om af en toe wat kleine activiteiten te organiseren, voor iets groters moet lang gespaard worden en dat gaat ten koste van de kwantiteit of kwaliteit’. Om het nodige vlees op de botten te krijgen is ze destijds gestart met een crowdfundingsactie. Zo is er een soort kas ontstaan waarin bedrijven, particulieren en verenigingen doneren. De donaties worden gebruikt om eventuele aanvullende kosten bij een voorstelling te kunnen betalen. De aanvragen komen inmiddels uit het hele land. De artiestengids waar acts uit gekozen kunnen worden gekozen, groeit nog steeds gestadig. Bij de gids ontvangt de belangstellende een prijslijst waarop de kosten per act/optreden staan vermeld. Op deze prijslijst staat bovendien aangegeven wat de zorginstelling kan verwachten en wat de minimale eigen bijdrage is voor de uitverkoren voorstelling.
Vraag blijft natuurlijk hoeveel waarde zorginstellingen er aan hechten om hun bewoners acts van dit niveau voor te schotelen. Zorgentertainment staat nog in de kinderschoenen, maar alle recente onderzoeken wijzen uit dat mensen met dementie letterlijk (wandelingen) en figuurlijk (creatieve activiteiten, prikkelende- en stimulerende optredens) gediend zijn met zoveel mogelijk beweging. Zorgentertainment is nu overwegend ingebed in de algemene welzijnsportefeuille, maar in de naaste toekomst is er bij zorginstellingen wellicht ruimte voor een geheel nieuwe functie: de zorgentertainmentmanager. Dat lijkt me eerlijk gezegd wel wat. Zorgentertainment is immers een wezenlijk onderdeel van zorg op maat, waar minister Hugo de Jonge zich gelukkig ook sterk voor maakt.


Maandag 5 augustus 2019

PLUS GOMMERS OPEN VERDIENT MEER AANDACHT EN WAARDERING

Het was dit weekeinde weer gezellig druk op het tennispark van TV Roosendaal. Onder het genot van een soms iets te geselend zonnetje twee aantrekkelijke en in één geval zelfs uiterst spannende finales van het Roosendaalse ranglijsttoernooi van zeer nabij volgen, er zijn minder aantrekkelijke zondagmiddagen denkbaar. Onder deze omstandigheden weet het tennisminnend publiek de weg naar de banen van TV Roosendaal aan de Kennedylaan altijd wel te vinden. Op de eerste dag van deze Plus Gommers Open, afgelopen woensdag, was dat wel anders. De toernooidirecteur keek toen mistroostig naar de vele lege stoelen op het toch zo uitnodigend wenkend terras. ‘Misschien moeten we toch iets bedenken om het ranglijsttoernooi wat meer in de spotlights te zetten’. Daar had hij wel een punt. Wanneer je de voorpubliciteit vergelijkt met de aandacht die het wielercriterium De Draai genereert, valt dat ver in het nadeel van het Plus Gommers Open uit.
In een niet al te ver verleden  had de organisatie van het Sportgala kortelings een extra verkiezing aan het evenement toegevoegd. De jury mocht zich voortaan ook buigen over het ‘beste sportevenement van het jaar’. De grote vier van toen – De Draai van de Kaai, het Beachvolleybaltoernooi, De Nationale Jeugdronde en de Halve Marathon- van Roosendaal kwamen allemaal keurig aan de beurt, maar als ik me goed herinner, viel het nationale ranglijsttoernooi van TV Roosendaal zelfs geen nominatie ten deel.  Vanuit de politiek is de belangstelling voor deze vorm van ‘Roosendaalpromotie’ vreemd genoeg eveneens uiterst karig. Het enige bekende politieke gezicht dat ik van 31 juli tot 4 augustus overdag op het tenniscomplex zag rondlopen, was dat van het onafhankelijke raadslid Jacques Wezenbeek, maar die is dan ook al ruim veertig jaar lid van TV Roosendaal. Heel jammer dat de toernooidirecteur zondag bij de prijsuitreiking niet geflankeerd werd door wethouder René van Ginderen, die sport in zijn portefeuille heeft. Toine Theunis had ook een mogelijkheid geweest, want sport is natuurlijk ook onderdeel van de Roosendaalse cultuur. Over burgemeester Jacques Niederer hoef ik niet eens te beginnen. Die schittert alleen nog maar door afwezigheid. Gelukkig heeft zijn opvolger, Han van Midden, al aangekondigd dat hij dit heel anders gaat aanpakken. De nieuwe burgemeester uitnodigen voor en betrekken bij de editie 2020 lijkt mij een eerste nuttige stap om de band met de politiek aan te halen. Maar je kunt je natuurlijk ook afvragen waarom Van Ginderen niet gewoon als geïnteresseerd burger aanwezig was. Je wilt als wethouder toch weten wat er zich binnen je portefeuille afspeelt! Zijn voorganger Leo de Jaeger was immers ook gevraagd en ongevraagd bij alles wat met sport te maken had present.
De toernooileiding kan uiteraard zelf ook het een en ander ondernemen om de (media)aandacht op het tennispark gericht te krijgen. Zo heb ik weleens geopperd om het toernooi te verrijken met een extra finale: een wedstrijd tussen de winnaars van het dames- en herentoernooi. Een ‘Battle of the Sexes’ doet het altijd goed bij het publiek. Denk maar aan de vermaarde tenniswedstrijd die Billie Jean King en Bobby Riggs in 1973 tegen elkaar speelden, omdat de laatste wilde bewijzen dat vrouwentennis weinig voorstelde. Daar is later nog een film van gemaakt met als titel ‘Battle of the Sexes’. Eerlijk gezegd denk ik dat de tijd rijp is om de scheidslijn tussen vrouwen en mannen in vrijwel alle sporten te verwijderen. Net als in een bekende televisiequiz  hoort het bij sport om de slimste en beste mensch te gaan, niet om de sterkste man of vrouw. Waarom zou Feijenoord niet gewoon voor een vrouwelijke spits mogen kiezen als de situatie daar aanleiding toe geeft.  Het recht om tegen elkaar uit te komen is in het belang van zowel de man als de vrouw. Waarom zou dat recht zich beperken tot het korfbal en de paardensport?   


Maandag 5 augustus 2019

ADMIRAAL MAAKTE HET ROUTINIER TIMMERMANS KNAP LASTIG

Het scheelde maar weinig of de 19-jarige Amadatus Admiraal had zondagmiddag geschiedenis geschreven op baan 6 van Tennisvereniging Roosendaal als jongste winnaar ooit van het toernooi. De outsider wist in de finale van het Plus Gommers Open routinier Jesse Timmermans tot aan het slot van de tiebreak in de derde set bij te benen. Even leek de balans zelfs in zijn voordeel uit te slaan, maar bij de stand 4-4 achtte Timmermans het zijn eer te na om tegen zo’n ‘broekie’ het onderspit te delven. Hij rechtte zijn in het zwart gestoken rug en liep in een keer door naar de 7 punten en de symbolische cheque van 1200 euro. In zijn plein public-gesprekje met toernooidirecteur Tonny de Groen zei hij achteraf niet blij te zijn met de wedstrijd, maar natuur lijk wel met het resultaat.
In de beste Wimbledontradities bedankte hij vervolgens iedereen die in zijn ogen aan het succes had bijgedragen. Allereerst het publiek dat inderdaad in redelijk grote getale was op komen dagen. Ook vergat hij de tennisgezinde burgers niet die hem de afgelopen dagen van een slaapplek hadden voorzien. De grote winst zat hem ook in het gegeven dat Timmermans zijn luidkeels in het begin van de tweede set geuite frustratie tijdig van zich wist af te werpen. Alle punten tegen waren in zijn visie voor 97 procent te wijten aan fouten die hij zelf had gemaakt. Een ontboezeming die hij onderstreepte met het wegsmijten van zijn racket. Gelukkig voor Timmermans was  hoofdscheidsrechter Piet Nagtzaam daar net geen getuige van, want eerder deze week maakte Nagtzaam direct korte metten met dit soort wangedrag. De eerste set won Timmermans afgemeten met 6-4. Admiraals moraal was daarmee allerminst gebroken. Met dezelfde cijfers pakte hij de tweede set. Het publiek, grotendeels gezeten in de brandende zon, kreeg daarna een set met wisselende kansen voorgeschoteld. Geen mooier eind aan een tennismatch dan een tiebreak, en die bleef zoals gezegd ook tot het laatst toe spannend. Een beetje geschiedenis hebben de heren wel geschreven. Met drie uur was dit waarschijnlijk de langste partij uit de geschiedenis van dit Roosendaalse ranglijsttoernooi, dat zich de laatste jaren presenteert als de Plus Gommers Open.  Toernooidirecteur Tonny de Groen had bij de prijsuitreiking nog een kleine verrassing in petto voor Kevin Boelhouwer, een andere getrouwe van het Roosendaalse toernooi. Na zijn deelname dit jaar maakte Boelhouwer bekend dat hij zijn tenniscarrière gaat beeindigen, op 28-jarige leeftijd vindt hij het nu tijd voor iets anders.  Wat precies zei hij er niet bij. Eerder deze zondag won Marrit Boonstra, nummer 7 op de nationale ranglijst en als nummer één geplaatst, zoals verwacht de finale bij de dames ten koste van Chayenne Ewijk. Die had lange tijd het beste van het spel in de eerste set, maar moest toch buigen voor de vaste hand van Boonstra. Na de openingsset met 6-4 te hebben binnengesleept, had Boonstra in de tweede set niet veel moeite meer met haar opponent. Die set pakte ze met 6-2. Voor het laatste punt moest ze toch nog wel even flink knokken, want dat was verreweg de mooiste slagenwisseling van de gehele partij. Boonstra keerde eveneens met een cheque van 1200 euro huiswaarts. Lange tijd lag het prijzengeld in dit toernooi bij de dames een kwart lager dan bij de heren, maar dat bleek uiteindelijk in deze tijdgeest niet langer houdbaar.