Vrijdag 30 september 2022
Majoor Marco Kroon wordt algemeen beschouwd als de meest omstreden militair van Nederland die nog onder ons is. Als eerste militair in ruim vijftig jaar ontving de oorlogsveteraan in 2009 de
Militaire Willems-Orde voor zijn optreden tijdens de vredesmissie in Uruzgan, destijds een van de gevaarlijkste provincies van Afghanistan. Met een paar forse klappen op zijn brede schouders
bezegelde koningin Beatrix het eerbetoon. In de jaren daarna wist hij zijn blazoen niet bepaald schoon te houden. Zo werd Kroon in twee strafzaken veroordeeld: in 2011 voor onrechtmatig
wapenbezit en in 2019 voor mishandeling van een politieagent tijdens het carnaval. Een blaaslozing op een plek waar dat niet mag, ging niet onopgemerkt aan patrouillerende politiemensen
voorbij en -nadat hij was uitgeplast uiteraard- .werd Kroon figuurlijk in de kraag gevat. Recentelijk was hij weer even de held toen hij tijdens een gezamenlijk etentje een buurmeisje van de
verstikkingsdood redde, veroorzaakt door een dwarsliggende gehaktbal.
Het bewogen 'Van hero naar zero'-leven van de militair greep theatermaker Gillis Biesheuvel onlangs aan voor een theaterproductie, kortweg getiteld 'Kroon' . Hoewel er van een biografie geen
sprake is, gingen Biesheuvel en auteur en NRC-medewerker Dana Linssen wel in gesprek met de militair en diverse andere oorlogsveteranen en experts over wat het betekent om als soldaat door
het leven te gaan, waarna Linssen het materiaal tot tekstmateriaal smeedde. Donderdagavond was het resultaat te zien in de kleine zaal van De Kring. Kort geldt niet alleen voor de titel, na
amper een uur ging het zaallicht al weer aan. De voorstelling oogstte slechts plichtmatig, zacht applaus, Het was dan ook niet bepaald hogeschooltoneel dat de bezoekers voorgeschoteld kregen.
Biesheuvel zelf (had hij beter niet kunnen doen, aan hem is geen groots acteur verloren gegaan) speelt in 'Kroon' een naamloze soldaat die al plaatjes draaiend het publiek over zijn tot aan
de eerste uitzending niet bepaald boeiende leven vertelt; de militair deelt het podium slechts met zijn 'dochter' die merkwaardig genoeg door Luca Botzel, een man dus, wordt gespeeld: Botzel
is als straaljagerpiloot opgeleid en staat op het punt om voor het eerst op missie te gaan. Om de emotionele afstand tussen vader en dochter weer te geven is door decorbouwer Mats Boswijk een
glazen slaapkamer gebouwd, die Bötzel slechts mondjesmaat verlaat. Dat is geen gelukkige keuze van Biesheuvel. Het resultaat is een statisch en saai schouwspel dat maar niet boeiend of zelfs
maar een beetje interessant wil worden.
Het NRC kon 'Kroon' ook maar matig waarderen. 'Het probleem met Kroon is dat de voorstelling er niet in slaagt om aan de clichés van de getraumatiseerde oorlogsveteraan te ontsnappen. Het
idee van ‘eens een militair, altijd een militair’ is door de talloze films, tv-series en theatervoorstellingen die over het thema zijn gemaakt overbekend, en Kroon voegt daar weinig aan toe.
Biesheuvel zit als de hoofdrolspeler gevangen in zijn herinneringen. Hij wil het liefste terug naar het front, vertelt over een psychotische episode in zijn burgerleven en over zijn
tekortschieten als echtgenoot en als vader – het is allemaal bekend terrein', aldus het NRC.
Het gegeven van de dochter die in de voetsporen van haar vader treedt, komt in de spelregie van Sarah Moeremans ook niet uit de verf. Bötzels tekstbehandeling is te netjes en zijn spel te
eenzijdig om emotionele impact te sorteren. Ook mist hij daarvoor de persoonlijkheid. De jonge acteur ondervindt ook weinig steun van de tekst: de dochter vervult slechts een functie in het
verhaal van de vader; over de eigen motivaties om voor een militaire loopbaan te kiezen komen we niets te weten. Al met al een teleurstellende avond voor het publiek dat verstoken bleef van
nieuwe inzichten en openbaringen. Dat Kroons leven en carrière de makers slechts inspireerden tot een ultra (veel te) korte voorstelling is eveneens een aanwijzing dat ze een verkeerd
uitgangspunt hebben gekozen. Terug naar de tekentafel dus, en creeër geloofwaardige mensen van vlees en bloed!
KROON - Het Zuidelijk Toneel, gezien door Jaap Pleij op vrijdag 29 september in de kleine zaal van De Kring.
Donderdag 29 september 2022
Paul de Leeuw zag in het bereiken van de zestigjarige leeftijd aanleiding voor een theaterprogramma waarin hij zijn kleurrijke bestaan overziet. Dat doet hij mede aan de hand van zijn bekende
liedjes, die nu zoals op zijn website staat vermeld, in veel gevallen een andere betekenis hebben gekregen.
Dat geldt zeker voor 'Blote jongens in het park', een lied dat hij in zijn jonge jaren met vuur en passie ten gehore bracht, maar gezien de veranderde, preutse tijdgeest, vond hij het
passender om in deze show een meer ingetogen versie te zingen. De voormalige Schreeuw van de Leeuw is dus ook figuurlijk een toontje lager gaan zingen. Maar zich de mond laten snoeren, dat
natuurlijk nooit. Dat is niet des Pauls. Er is zowaar ook nog een boodschap aan 'We zien wel' (gezien zijn indrukwekkende improvisatietalent een goede titel) verbonden. Paul de Leeuw is in
een levensfase beland, waarin hij een stevig pleidooi houdt voor meer verdraagzaamheid. 'We moeten gewoon een beetje aardiger voor elkaar zijn', klonk het wat naief. Is hij immers niet tevens
de grondlegger van het afzeikcabaret?, De Leeuw geeft dan ook onmiddellijk toe dat dit wat ongeloofwaardiger klinkt uit zijn mond, maar dat hij dit standpunt gezien de verstarring en
verharding van de maatschappij nu voluit omarmt. Kwetsend wordt het dan ook nergens in deze ruim twee uur durende onemanshow zonder pauze. Zwakke punten vielen er ook niet te noteren.
Het heeft menigeen verbaasd dat hij in de kleine zaal van de Kring stond geprogrammeerd, maar dat was volgens cultuurcluster-directeur Jan-Hein Sloesen De Leeuws eigen dringende wens. 'De
show zit nu nog in de try-out-fase. Daarom wil hij de bezoekers goed in het gezicht kunnen kijken, zodat hij snel kan beoordelen wat wel en vooral niet werkt', aldus Sloesen. Verplaatsing
naar de grote zaal was in logistiek opzicht bovendien niet mogelijk geweest, omdat Simone Kleinsma daar al beslag op had gelegd voor een reprise van haar programma 'Verder'. Heel jammer dat
het niet mogelijk is om de denkbeeldige muur tussen beide zalen te verwijderen, dit gelegenheidsduo had het publiek een mooi reisje richting 'Droomland' kunnen bezorgen. Hoe leuk en
onderhoudend ook, Paul de Leeuw is ondanks zijn ongepolijste techniek (waar Mathilde Santing hem om gekapitteld heeft) net als Wim Sonneveld destijds het meest genietbaar als hij zingt.
Ontroerend was zijn nieuwe versie van 'Ik heb je lief' (zakdoekjes kwamen massaal tevoorschijn) , ronduit overdonderend in 'Dat soort volk' Een bijna letterlijke vertaling van Jacques Brels
'Les gens la). Verhaaltjes uit zijn prille jeugd gingen er bij het publiek ook in als zoete koek. Op deze voor Paul de Leeuw bijzondere dag in De Kring, twee jaar geleden overleed zijn vader
op 89-jarige leeftijd en was het de vooravond van de 21e verjaardag van zijn oudste zoon, die zich de afgelopen jaren heeft ontwikkeld tot een degelijke pianist. De trotse vader liet daar
uiteraard beelden van zien. De term 'onemanshow' moest heel letterlijk worden genomen. Geen van de vijf pianisten met wie hij heeft gewerkt was lijfelijk aanwezig.
Vader de Leeuw had er aanvankelijk weinig fiducie in dat het met zijn zoon wel goed zou komen in de maatschappij. Zijn gevleugelde uitspraak in die tijd luidde: Jongen, je hoeft van mij de
lat echt niet extreem hoog te leggen, maar om die lat plat op de grond te leggen zonder er verder naar om te kijken, is natuurlijk wel wat overdreven'. Gelukkig heeft hij er nog lang getuige
van mogen zijn dat die sombere toekomstvisie niet is uitgekomen. Desondanks heeft de eenzaamheid Paul de Leeuw na diverse verbroken relaties ook vaak parten gespeeld. 'Je mag in de ogen van
het publiek dan een gevierd artiest zijn, maar als ik geen televisiewerk of theatershow had, zat ik wel met mijn ziel onder de armen samen met mijn twee katten moedeloos thuis. Wat kunnen
avonden dan lang duren'. Hoewel daar nu al geruime tijd geen aanleiding voor is, spookt dat angstbeeld nog vaak door mijn hoofd. Dierbaren kunnen immers zo maar opeens wegvallen. Ik heb dat
vaak genoeg in mijn directe omgeving moeten ervaren'. Er mocht dan geen pauze zijn, er was wel een moment ruimte geschapen voor een fotosessie. De Leeuw ging daarbij als een volleerd model in
alle poses staan die zijn publiek van hem verlangde. Succes verzekerd. Wie wil er nu geen uniek plaatje van deze showman pur sang. Er volgde nog een schitterend slotlied, waarna het publiek
uiterst voldaan huiswaarts keerde.
We zien wel - try-out Paul de Leeuw, gezien door Jaap Pleij op woensdag 28 september in de kleine zaal van De Kring. Dit programma is de komende maanden te zien in onder meer Oosterhout, Bergen
op Zoom en Rotterdam (een langere reeks in het oude Luxor).
Woensdag 28 september 2022
Circa twintig mensen waren dinsdagavond in Parrotia afgekomen op de door Digital Creativity georganiseerde informatiebijeenkomst over kunstmatige intelligentie. voor beginners. De restanten
van Lucebot, de eerste kunstmatige dichter ter wereld, kwam langs om de aanwezigen met een dwarsdoorsnede van zijn gedachten- en gedichtengang te confronteren. Hoewel de robot inmiddels na
een kort aards bestaan overleden is, heeft hij een hoop inzichten en gesprekken uitgebraakt. Pablo Kattenberg en Benjamin Schoonenberg, de makers van deze dichtende robot, hadden de restanten
van de robot mee naar Parrotia genomen en gaven het publiek inzicht in hun creatieve experiment. Helaas liet de verstaanbaarheid in Parrotia te wensen over.
Christian Godschalk haalde alles uit de kast om de bezoekers uit te leggen wat er nu precies onder kunstmatige intelligentie moet worden verstaan. Daarbij mochten ze naar hartelust vragen
stellen. Simpel gezegd heeft AI (kunstmatige intelligentie) betrekking op systemen of machines die onze eigen intelligentie nabootsen om taken uit te voeren en die zichzelf tijdens dat proces
kunnen verbeteren op basis van de vergaarde informatie. AI is er in verschillende vormen. Enkele voorbeelden zijn:
Chatbots die AI gebruiken om problemen van klanten sneller te begrijpen en gerichter antwoord te kunnen geven. Intelligente assistenten die met behulp van AI essentiële informatie filteren
uit grote datasets met vrije tekst om de planning te verbeteren.
Aanbevelingsengines die geautomatiseerde aanbevelingen kunnen doen voor tv-programma's op basis van het kijkgedrag van gebruikers.
AI heeft volgens Godschalk eerder betrekking op het proces van en het vermogen tot uiterst doelgericht denken en analyseren van data dan dat het om een bepaalde indeling of functie gaat.
Hoewel AI misschien het beeld wekt van geavanceerd werkende, mensachtige robots die de wereld gaan overnemen, is AI niet bedoeld om mensen te vervangen en de macht over te nemen. Al willen
veel sciencefictionfilms ons anders doen geloven. Hij verwacht niet dat een gerobotiseerde machtsovername ooit ons lot zal zijn, maar uitsluiten deed Godschalk het ook niet helemaal. De
ontwikkelingen gaan zo snel dat de toekomst volstrekt onvoorspelbaar is geworden. Robots zijn juist bedoeld om de capaciteiten en bijdragen die mensen leveren sterk te verbeteren. Daarom is
AI in Godschalks visie voor bedrijven zo waardevol.
AI is een verzamelnaam geworden voor applicaties die complexe taken uitvoeren waarvoor voorheen menselijke input was vereist, zoals bij de online communicatie met klanten of een potje
schaken. De term wordt vaak door elkaar gebruikt met onderliggende gerelateerde termen, zoals machine learning en deep learning. Er zijn echter verschillen. Machine learning is bijvoorbeeld
gericht op het bouwen van systemen die kunnen leren of hun prestaties kunnen verbeteren op basis van de data waarmee de systemen worden gevoed. Hierbij is het van belang om op te merken dat
machine learning altijd onder AI valt, maar AI niet altijd onder machine learning.
Om de waarde van AI optimaal te benutten, investeren veel bedrijven enorm in data science-teams. Data science is een interdisciplinair vakgebied waarin zowel wetenschappelijke als andere
methoden worden gebruikt om waarde te genereren uit data. Vaardigheden uit vakgebieden zoals statistiek en computer science worden daarbij gecombineerd met zakelijke kennis om data uit
meerdere bronnen te analyseren.
Ontwikkelaars gebruiken kunstmatige intelligentie om taken die normaliter handmatig worden gedaan, efficiënter uit te voeren en daarnaast ook om contact te leggen met klanten, patronen te
identificeren en problemen op te lossen. Ontwikkelaars die met AI aan de slag willen, moeten een achtergrond in wiskunde hebben en zich vertrouwd voelen met algoritmen.
Wanneer je met kunstmatige intelligentie aan de slag gaat om een applicatie te bouwen, helpt het om klein te beginnen. Door een relatief eenvoudig project te bouwen, zoals bij voorbeeld
boter-kaas-en-eieren, leert de gebruiker de basisprincipes van kunstmatige intelligentie. Leren door te doen is een goede manier om een vaardigheid naar een hoger niveau te tillen (denk aan
de uitspraak van Pippi Langkous: ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk wel dat ik het kan, JP) en voor kunstmatige intelligentie is dit niet anders. Als een of meer kleinschalige projecten
succesvol succesvol is afgerond afgerond, zijn er volgens Godschalk geen grenzen meer aan de mogelijkheden die kunstmatige intelligentie te bieden heeft.
Dinsdag 27 september 2022
In haar wekelijkse rubriek in de Mezza vertelt Daan Rot, weduwe van Jan wiens column ze heeft overgenomen, dat ze onlangs werd vereerd met een bericht van De Kanselarij der Nederlandse Orden.
Keurig betuigt de Kanselarij zijn deelneming met het overlijden van Jan, maar tevens verneemt Daan dat de staat de onderscheiding Ridder in de Orde van Oranje-Nassau, die de meester hertaler
ontving tijdens zijn vijftigste verjaardagsvoorstelling in Koninklijk Theater Carre, terug wenst te ontvangen. Het gaat hier immers om een bruikleen en niet om een cadeau. Je kunt je afvragen
hoe en door wie de Kanselarij in kennis wordt gesteld van een overlijden van een lintjesdrager, is dat niet in strijd met de wet op de privacy?, maar laten we het er maar op houden dat de
wegen van de majesteit ondoorgrondelijk zijn.
Voormalig SP-kamerlid Ronald van Raak (SP) heeft reeds in 2008 kamervragen gesteld over lintjes in bruikleen. Erfgenamen mogen de bruikleen voor onbepaalde tijd verlengen, maar de
onderscheiding blijft ten allen tijde eigendom van de staat. Als Daan het lintje langer in 'bezit' wil houden dient ze 388 euro te betalen. Zo niet, dan wordt ze geacht de medaille en de
bijbehorende boel te retourneren in de bijgesloten portvrije envelop. maar als ze daar niet aan voldoet, hoeft Daan niet te vrezen dat justitie dan in actie komt. Er zijn immers geen
strafrechtelijk sancties verbonden aan het niet terugsturen van koninklijke onderscheidingen.
Het bedrag varieert van 46 euro tot 3372 euro, afhankelijk van de onderscheiding. In de brief aan nabestaanden legt de kanselarij de procedure uit. De hoogte van de borg hangt af van het
materiaal waarvan de onderscheiding is gemaakt. ,,Veel mensen sturen de onderscheiding uit zichzelf al automatisch terug, omdat bij de uitreiking ook wordt uitgelegd wat de bedoeling is. Als
een lintje kwijt is, kijken we in overleg wat mogelijk is. Maar wij doen niet aan handhaving. Als we een onderscheiding niet terugkrijgen, sturen we nog een herinnering en daarna houdt het
op", legt de woordvoerster van de kanselarij in de brief uit. De borg die wordt gevraagd voor de eretekens, is bedoeld om te voorkomen dat ze handelswaar worden.
SP-Tweede Kamerlid Ronald van Raak stelde in 2008 kamer vragen over de regeling rond de lintjes.
1 . Vraag
Wat is de reden dat burgers, die een lintje hebben gekregen als cadeau en eerbetoon, dit na hun overlijden terug dienen te geven? (uitzending Nova, 22 april 2008) Waarom geldt dit voor
militairen niet?
De verplichting tot terugzending van de versierselen aan de Kanselarij der Nederlandse Orden bij overlijden van de gedecoreerde of na bevordering tot een hogere graad in de Orde heeft altijd
al bestaan. In het Nationaal Archief zijn hieromtrent documenten uit het archief van de Kanselarij aangetroffen waarin wordt verwezen naar een KB van 23 april 1825, nr. 124 en een wet van 4
april 1892 (Stb. no 55) waarin o.m. deze verplichting tot terugzending van op “Rijkskosten verstrekte ordetekenen” al was vastgelegd. Uit een document van 1931 met het verzoek om de
ordetekenen tegen betaling (de nettokosten) van de Kanselarij te kunnen overnemen, zou kunnen worden afgeleid dat financiële argumenten ten grondslag lagen aan deze gang van zaken. Ook het
persoonsgebonden karakter van een onderscheiding speelt daarbij een rol. In zijn proefschrift “Kroon op het werk, onderscheiden in het Koninkrijk der Nederlanden” (Meppel 1989) verklaart Kees
Bruin het in bruikleen verschaffen van de versierselen uit de calvinistische moraal van de Nederlandse bevolking: als een herinnering aan de tijdelijkheid van dit bestaan en de
betrekkelijkheid van alle eerbewijzen.
Het is niet exact te achterhalen, en discussie hierover is in de archieven ook niet aangetroffen, maar dezelfde argumenten zouden ten grondslag kunnen liggen aan de - nu nog vigerende -
Koninklijke Besluiten daterend van 4 augustus 1954 waarin is vastgelegd dat de versierselen vanaf 1 januari 1955 in bruikleen zouden worden verstrekt. Deze Koninklijk Besluiten van 4 augustus
1954, no. 6 respectievelijk no. 7 bepalen dat de versierselen van de Orde van de Nederlandse Leeuw respectievelijk de Orde van Oranje-Nassau, evenals de aan de Orde verbonden eremedailles,
bij de benoeming onderscheidenlijk verlening, van Rijkswege in bruikleen worden verstrekt. De versierselen behoren na bevordering tot een hogere graad in de Orde, of bij overlijden te worden
teruggezonden aan de Kanselarij der Nederlandse Orden te Den Haag.
Deze bepalingen gelden voor alle gedecoreerden in deze twee civiele Orden en zijn tevens van toepassing op militairen die in de Orde van Oranje-Nassau worden gedecoreerd met de zwaarden.
Deze bepalingen gelden niet voor benoemingen in de Militaire Willems-Orde. De wet biedt namelijk de mogelijkheid om een onderscheiding in de Militaire Willems-Orde postuum toe te kennen en
dan kan het niet anders dan dat de onderscheiding aan de familieleden of aan de nabestaanden van betrokkene wordt overhandigd.
In het kader van de parlementaire behandeling van de herziening van het decoratiestelsel die in 1996 zijn beslag kreeg, is het onderwerp van de teruggave van de versierselen al eens aan de
orde geweest. De toenmalige minister van Binnenlandse Zaken, mevrouw Dales, gaf toen aan voornemens te zijn in overeenstemming met de bestaande praktijk een wijziging van de onderhavige KB’s
te bevorderen, in die zin dat het nabestaanden mogelijk zou worden gemaakt om de versierselen te verwerven tegen betaling van de gemaakte kosten. Bij de uitwerking van de wijziging van het KB
zou met aspecten als strafbaarheid dat zo’n onderscheiding niet mag worden gedragen wanneer die niet is verleend aan de drager, rekening worden gehouden (Handelingen II Decoratiestelsel 29
september 1993, 5-243).
Thans moet vastgesteld worden dat die bestaande praktijk is gecontinueerd in die zin dat nabestaanden het versiersel tegen een vergoeding langdurig in bruikleen kunnen behouden, maar dat
formalisering hiervan niet heeft plaatsgevonden.
2. Vraag
Waarom moeten nabestaanden na het overlijden van de gedecoreerde betalen voor behoud van het eerbetoon? Volgen er strafrechtelijke procedures bij niet betalen?
2. Antwoord
Conform de huidige wettelijke regeling worden de onderscheidingen op naam en uitsluitend aan de gedecoreerde in bruikleen verstrekt. Zij kunnen niet na overlijden overgaan op de erfgenamen
van de gedecoreerde. Daarom berust op de erfgenamen van de overleden gedecoreerde de verplichting tot het terugzenden van het betrokken versiersel. Zoals dit bij bruikleen in het burgerlijke
recht te doen gebruikelijk is.
Omdat daartoe behoefte bestond, heeft de toenmalige Kanselier in nauw overleg met de toenmalige minister van Binnenlandse Zaken besloten om erfgenamen de mogelijkheid te bieden om het
versiersel in het gezin c.q. de familie langdurig in bruikleen te mogen behouden, zonder dat het eigendom overgaat op de betrokken familie c.q. zonder dat het vervreemd kan worden. Uit
financiële overwegingen werd destijds daarbij aangetekend dat het in zulke gevallen volstrekt gerechtvaardigd zou zijn om de tegenwaarde van het betrokken versiersel te vergoeden. Als
nabestaanden het betrokken versiersel op een later tijdstip weer inleveren wordt deze vergoeding terugbetaald.
Er zijn geen strafrechtelijke sancties verbonden aan het niet terugsturen resp. niet betalen van de vergoeding.
Maandag 26 september 2022
'Mensen zijn uiteenlopende- en onvoorspelbare wezens', aldus een uitroep van Wim Sonneveld destijds geuit op het podium. Om dat te onderbouwen zette de meester van de timing 'de mensen die
kuchen tijdens de voorstelling' in de schijnwerpers. 'Die gaan nooit naar een dokter. Nee, die komen hier zitten!'
Ik moest zaterdag aan die uitspraak denken tijdens mijn dagelijkse bezoekje aan de Jumbo-supermarkt aan de Van Beethovenlaan. Het was al behoorlijk fris voor de tijd van het jaar en daarom
verbaasde het me niet dat diverse klanten de winterjas al uit de mottenballen hadden gehaald. Dat was echter geheel anders toen ik een jonge man ontwaarde, die slechts gekleed ging in een
dun, te krap T-shirtje en een dito korte broek. Gelukkig bespaarde hij de vroege bezoekers de aanblik van in sandalen gestoken blote voeten. Dat zou ook te weerzinwekkend en onsmakelijk voor
woorden geweest zijn. Bij de ingang van iedere supermarkt zou eigenlijk een bord geplaatst moeten worden dat een dergelijke onfrisse combinatie ten strengste verbiedt. Uit coulance zou hen
wel de mogelijkheid geboden moeten worden om ter plaatse een paar sokken aan te schaffen. Een treffend extra verdienmodel dus voor de Jumbo's, de Albert Heijns, Aldi's en Lidls in het land.
Voor zover ze dat nog niet zijn worden al die Supers nog eens 'stinkend rijk', Voor de andere (smaakvol geklede) klanten zou dat een hele opluchting zijn en dat is bepaald geen 'Lidl Lie'.
Het is te hopen dat de Supers daar hun 'stinkende' best voor gaan doen, want blote mannenvoeten beroven de bezoekers onmiddellijk van hun eetlust.
Het thema 'diversiteit' speelde zaterdagavond in de kleine zaal van De Kring ook een belangrijke rol in de voorstelling 'Dans en film - Dansamateurs en professionals' als hoofdmoot van de
negende editie van 'Roosendaal Danst'. Een dergelijk feestelijk en kleurrijk palet was na het magere openingsprogramma op de vrijdagavond precies waar de dansliefhebbers op zaten te wachten.
Alle deelnemende verenigingen hadden een korte choreografie ingestudeerd. Roosendaal was met enkele dansverenigingen vertegenwoordigd, maar er waren ook dansgroepen die alvorens in de
schijnwerpers te staan een flinke reis achter de rug hadden. Het gezelschap uit het Belgische Roeselaere had er zelfs een enkele reis van twee uur voor over om in De Kring op het podium te
staan en spande daarmee de kroon. Voorzitter Jacqueline Chamuleau praatte de presentaties vakkundig aan elkaar. De dansfilm 'Roosendaal ontmoet Roosendaal' werd in City-Cinema zondagmiddag in
een reeds vroeg uitverkochte zaal vertoond, gevolgd door een bal na met strijkorkest. Zoals eerder op deze nieuwssite gemeld wil Roosendaal Danst de film vaker gaan vertonen. Artistiek leider
Jacques van Meel verwachtte daar maandag al iets over bekend te kunnen maken. RoosendaalsPleijdooi houdt u uiteraard op de hoogte, want deze film is een must voor iedere inwoner van
Roosendaal.
Jacques van Meel gaat zich vanaf nu buigen over de invulling van de jubileumeditie vanwege het tienjarig bestaan van Roosendaal Danst, die voor 2023 op de rol staat. Ik hoop dat er voor deze
speciale gelegenheid nu eens gekozen wordt voor een avondvullende dansvoorstelling, bij voorkeur als openingsprogramma. De choreografie voor deze productie zou bij voorbeeld opgehangen kunnen
worden aan de glanzende carriere van tennisicoon Roger Federer die afgelopen weekeinde zijn laatste wedstrijd als tennisprof speelde, wat gepaard ging met emotionele taferelen (zie bericht elders
op RoosendaalsPleijdooi). Federer kreeg naast vele ups ook de nodigde downs voor zijn kiezen, met name tegen het einde van zijn carriere. Djokovich en Nadal wonnen weliswaar meer grand slams dan
Federer, respectievelijk 21 en 22, Federer 'slechts' 20, maar de Zwitser spreekt mede vanwege zijn gracieuze manier van bewegen op de tennisbaan het meest tot de verbeelding van de
tennisliefhebbers. Zijn moves lenen zich daarom uitstekend voor een choreografische vertaling naar het theater en Jacques van Meel is de aangewezen artistiek leider om dit idee te realiseren. Ik
ben benieuwd.
Maandag 26 september 2022
Hoewel de film geen onderdeel was van het festival 'Roosendaal Danst' sloot 'Encore' (2022) van regisseur Cedric Klapisch, die zondagochtend te zien was in City-Cinema, daar wel prachtig op
aan. 'Encore' is een typische feel-good-productie, maar het dramatische verhaal is wel erg voorspelbaar. De weg daar naar toe is wel uiterst galant, smaakvol, onderhoudend en levendig
ingevuld. Uiteraard vormden de uiteenlopende dansscenes het hoogtepunt van 'Encore', een film die zeer recentelijk is geproduceerd en uitgebracht.
Een lelijke val op het hoogtepunt van haar balletcarrière maakt een eind aan Élise’s meisjesdroom. Op haar 26ste moet de zwaar geblesseerde solist zichzelf opnieuw uitvinden. Bestaat er
zoiets als een tweede dansleven?
“Dáárom wilde ik dat je rechten ging studeren. Als je je leven bouwt rondom een lichaam, heb je twee levens nodig.” Wat Élise’s vader Henri betreft is daarmee de kous af. Heeft ze zijn boek
trouwens al gelezen? Zelfs terwijl ze in de diepste put zit, moet Élise het niet van haar vader hebben.
Élise schittert als solist bij het Parijse Operaballet, tot ze tijdens de opvoering van balletklassieker La Bayadère haar voet ruïneert. Ze zal jarenlang moeten revalideren: een doodsvonnis
voor iedere professionele balletdanser. Diepbedroefd besluit Élise haar eveneens ‘gevallen’ balletvriendin te helpen met een cateringklus bij een artiestenverblijf in Bretagne. Terwijl Élise
lusteloos daar mise-en-place afhandelt, dansen inspirerende leeftijdsgenoten uit een modern dansgezelschap voor haar ogen. Als ze op zeker moment mee mag repeteren, trekken langzaam maar
zeker die zwarte gordijnen op.
Uit de Filmkrant: Een fictiefilm rondom dans stond al lang op de verlanglijst van Cédric Klapisch (Retour en Bourgogne, 2017). In 2010 maakte hij de documentaire Aurélie Dupont danse l’espace
d’un instant, over de toenmalige solist bij het Paris Opera Ballet. Vervolgens registreerde hij verschillende choreografieën van het prestigieuze balletgezelschap. In coronajaar 2020 maakte
hij met deze dansers de veelbekeken korte dansfilm Dire merci (2020), waarbij zij zichzelf in actie filmden vanuit hun eigen quarantaineplek.
Voor Encore castte Klapisch echte dansprofessionals in de dansrollen; hij wilde het gebruik van body doubles zoals in Darren Aronofsky’s Black Swan (2009) absoluut vermijden. Zo debuteert
prima ballerina Marion Barbeau in de hoofdrol en speelt ook choreograaf Hofesh Shechter zichzelf. Het dansgezelschap voert ondertussen Shechters choreografieën uit. De score, deels bestaande
uit muziek van Shechters stuk ‘Political Mother: The Choreographer’s Cut’ (2011), is minimalistisch, dan weer bombastisch of spannend overlappend.
Soms worden issues die ongetwijfeld binnen de balletwereld spelen aangeboord, zoals rigide leefstijl, gevoelens van superioriteit, maar ook de kritiek op het tragische vrouwenlot in het
klassieke ballet. Een van de ‘bekeerde’ balletdansers stelt zelfs beeldend dat “ieder meisje in een witte tutu in feite een ten dode opgeschreven vrouw is”, aldus de Filmkrant
Dit scenario is afwisselend de droom én nachtmerrie van ieder balletmeisje. Het drama is doorspekt met luchtige, komische en romantische scènes en blijkt zo een feelgoodfilm pur sang. Het
moderne sprookje over wederopstanding eindigt keurig rond op alle fronten, met een nieuwe toekomstdroom, hernieuwd dansplezier en een kersverse geliefde. Zelfs vaderlief, die zich
aanvankelijk van geen kwaad bewust is, krijgt die langverwachte confrontatie met zijn dochter voor z’n kiezen. Deze schreeuw om aandacht mist uiteindelijk zijn uitwerking niet. Voor het eerst
in zijn leven krijgt vaderlief de woorden 'Ik hou van jou' over zijn lippen. Dat ging bepaald niet zonder slag of stoot.
Zaterdag 24 september 2022
Zaterdag 24 september 2022
Op de Facebookpagina van Roosendaal Danst worden de Roosendalers opgeroepen om op zondagmiddag toch vooral naar het City Theater te komen voor de vertoning van de dansfilm 'Roosendaal ontmoet
Roosendaal', een co-productie van Roosendaal Danst, Cultuur Compaan, Gouden Dans uit Amsterdam en U in het Theater. Dat was niet bepaald aan dovemansoren gericht. Begin deze week kon Carlo
Lambregts van het City Theater, C-Cinema het bordje 'Uitverkocht' al te voorschijn halen.
Bij de officiele opening op vrijdag, eveneens in het City Theater, liet voorzitter Jacqueline Chamuleau in haar welkomstwoord al weten dat er gezocht wordt naar mogelijkheden om de dansfilm
vaker te vertonen. Artistiek leider Jacques van Meel denkt daarbij ook aan speciale voorstellingen voor senioren, want met name voor hen is de film een feest der herkenbaarheid. De dansers
lopen aan de hand van een uitgekiende choreografie door het Roosendaalse decor in het 'Stadje' dat wij allemaal zo goed menen te kennen. Ze struinen in patronen en verdeeld in verschillende
groepen door Roosendaal in de ruimste betekenis van het woord. Ze vieren het leven als onderdeel van het actieve straatbeeld. De amateurdansers hebben allemaal de status van 'senior',
gedurende acht weken hebben ze trouw de repetities bezocht onder leiding van Mirjam Visser. 'Iedere repetitie was echt een feestje en een streling voor oog en oog', meldde Jacques van Meel
vrijdagavond desgevraagd. Jacqueline Chamuleau liet voorts weten dat er zelfs een heuse pastoor in voorkomt. De populaire Marc Lindeijer als danser wellicht?, ik kan haast niet wachten om te
zien of dat waar is. Wat Van Meel over de repetities zegt, geldt in zijn optiek ook voor de begeleidende film, waarin de artiesten in vlammend rood dwars door Roosendaal dansen. De beste
manier om mensen te ontmoeten, waarmee de titel is verklaard. Ze dansen van de Passerelle via Stadsoevers naar Nispen en via een omweg naar de Wouwse Plantage en tal van andere bijzondere
plekken. Na afloop van deze premiere is er aansluitend in de foyer van de bioscoop een danssalon met levende muziek van het Louis Swing Orchestra. Onder het genot van het bekende drankje en
hapje kunnen de bezoekers na afloop de deelnemers aan de dansfilm desgewenst het danshemd van het lijf vragen. Gewoon een gezellig praatje maken kan natuurlijk ook. Dit onderdeel is bij
eventuele meerdere vervolgvoorstellingen uiteraard geen haalbare kaart, maar een persoonlijke presentatie en toelichting van Jacques van Meel is natuurlijk ook niet te versmaden.
Jacqueline Chamuleau haalde in haar welkomstwoord in deze herfstachtige setting ook nog enkele herinneringen op aan de start van Roosendaal Danst. 'Zo'n tien jaar geleden werd het thema
'Verbinding' actueel (denk aan het Tongerloplein, met het opschrift 'Cultuur verbindt mensen', destijds onthuld door burgemeester Jacques Niederer en wethouder Hans Verbraak, JP) Jacques van
Meel bedacht dat dans in vrijwel alle geledingen van Roosendaal een wezenlijk element is. Je komt het tegen op het schoolplein, in het theater, bij uiteenlopende presentaties en noem maar op.
Zo ontstond het idee voor Roosendaal Danst (dat dit weekeinde aan de negende editie toe is, JP) en al vanaf de eerste editie kunnen we spreken van een groot succes''. Aansluitend werd in Zaal
1 de film 'Rerum Natura vertoond, hierin gaan de kunstenaars Tomas Ntamashimikiro en Raphael Albanesede op zoek naar de grens tussen mens en natuur.
Na de film werden de bezoekers onder begeleiding van in het rood geklede dansers meegetroond naar de kleine zaal van De Kring voor de live-performance 'In-Between', op stoicijnse wijze
uitgevoerd door Kelly Nanneste. Dit onderdeel was overigens eerder deze maand te zien in zo ongeveer de kleinste kamer van het Tongerlohuys als slotvoorstelling van de expositie 'Mag ik deze
dans'. Wederom ontpopte ze zich als een ware evenwichtskunstenaar, balancerend op een wankele kruk. Deze zaterdag staat er nog een ontmoeting tussen amateurdansers, dansstudenten en
professionele dansers op het programma in de kleine zaal van De Kring, verdeeld over een matinee en een vroege avondvoorstelling.
Vrijdag 23 september 2022
In de openingsscène van de film Alcarras van regisseur Carla Simon, die woensdagavond te zien was in de City-bioscoop doen kinderen alsof een versleten auto een ruimteschip is waarmee ze te
dicht bij de zon vliegen. Een scène later in deze Cinema Paradisofilm wordt de auto door de eigenaar van het land afgevoerd. Zelfs de kinderen ervaren hoe de grond onder hun voeten vandaan
wordt getrokken. De dementerende grootvader, die dit land ooit als geschenk kreeg van de familie Pinyol die tijdens de burgeroorlog bij hem onderdak vond, weet dat het onheil nadert. Een
eventuele eigendomsakte is nergens te vinden en daardoor heeft de familie geen poot om op te staan in de strijd tegen de oprukkende 'beschaving'. De erfgenaam van de oude Pinyol heeft geen
enkele boodschap aan de 'verplichting' die opa is aangegaan. Als de koopakte niet boven tafel komt, wil hij het land gebruiken voor het installeren van zonnepanelen. Het huis mogen ze
behouden, maar dat levert geen geld op.
Uit de Filmkrant: Het is knap hoe Simón het macroverhaal verbindt aan micro-observaties. Toch doet ze haar eigen materiaal soms ook tekort. Voor een film die dankbaar gebruikmaakt van
conventies uit het neorealisme – de naoorlogse Italiaanse stroming die met een rigoureuze en analytische blik de levens van echte Italianen wilde laten zien – ontbreekt het hier aan formele
controle.
Deze regisseur snapt haar personages en hun gevoelens, maar het lukt haar niet om er gelaagde cinema mee te maken. De film is te anekdotisch om grotere observaties te maken over de
mechanismes van de markt. Je zou kunnen zeggen dat dit de bedoeling van de film is, dat de machteloosheid van de familie helemaal geen grip toelaat op de situatie. Maar ook voor die boodschap
schiet de vorm van de film tekort', aldus de Filmkrant.
Anders gezegd: Simón ontpopt zich als een attente regisseur van mensen en emoties, maar niet van gebeurtenissen en situaties die ze niet in een logische volgorde weet te plaatsen. Ik
beoordeelde deze film dan ook met de niet sympathieke omschrijving 'ging wel' via het bekende scheurbriefje van de filmclub Cinema Paradiso. Zeker in het begin was het verhaal zonder verhaal
behoorlijk slaapverwekkend, vooral omdat de regisseur nogal van de hak op de tak springt. Zo gaat de broer die de leiding heeft na een geslaagd feest de volgende dag zijn zwager zonder enige
reden te lijf. Enkele scenes verder blijkt de ruzie weer bijgelegd, zonder duidelijkheid aan de kijkers te verschaffen over de toedracht. Het zijn sfeertekeningen, meer niet. Alle emoties ten
spijt kijkt de familie met de handen in de zakken toe hoe het groen plaats maakt voor de zonnepanelen. De grote slotvraag is of ze toch nog in beweging komen of moedeloos blijven toekijken
hoe de grond steeds verder onder hun voeten wegzakt. Een onbevredigend einde. Vooral omdat een aantal personages figuurlijk kleurloos oogt, en dat waarschijnlijk ook zal blijven, zoals de
zoon des huizes, die de vergelijking met een dood vogeltje glansrijk kan doorstaan. Echt spannend wordt het ondanks een gewelddadig protest tegen het EU-beleid nergens. Waarom bij voorbeeld
niet wat erotische ontwikkelingen ingebouwd? Terug naar de tekentafel, mevrouw Carla Simon.
Niet van de regen in de drup, maar voor troubadour Dick Hageman en zijn band scheen woensdagmiddag (letterlijk) de zon in zorginstelling Wiekendael, drie dagen nadat zij in Nispen als
onderdeel van de kunstmarkt (die niet doorging) in regenachtige omstandigheden een toch in redelijke getale opgekomen publiek vermaakte met hun uitgebreide- en smaakvolle repertoire.
Voor zorginstelling Wiekendael was dit het eerste openbare optreden in het theatercafè na een lange periode van (corona)stilte. Dick Hageman is het levende bewijs dat muziek je jong (van geest)
houdt. Ruim een jaar eerder geboren dan Queen Elizabeth II van Engeland, en kort na haar overlijden maakte de 97-jarige troubadour op het podium nog steeds een zeer levendige indruk. Ruim een
kwartier voor aanvang zat hij er al helemaal klaar voor. Ondersteund door zijn vaste muzikanten Don Haagh en John Zwetsloot (drummer Kees Luykx was door persoonlijke omstandigheden verhinderd,
JP) nodigde hij de talrijke bezoekers al direct uit om 'van linksom rechts omdraait' te gaan. Aan een uitnodiging die zo fraai klinkt uit de nog immer gouden keel van Dick valt nauwelijks
weerstand te bieden, de handen en de beentjes gingen dan ook snel de lucht in. Aansluitend speelde het driemanschap een fraaie ballad van Koos Speenhoff, gevolgd door het droevige verhaal van de
Ierse 'Molly Malone' die al vroeg bezweek aan een koortsaanval. Toen Paddy Reilly nog deel uitmaakte van The Dubliners was deze ballad steevast de laatste toegift van de legendarische
folkformatie. In razend tempo reisde Dick vervolgens door naar Amsterdam, waar een ode werd gebracht aan de Jordaan, met speciale aandacht voor die 'goeie, ouwe Wester'. Cornelis Vreeswijk, een
belangrijke inspiratiebron voor de troubadour, vroeg zich via Dick weer eens
af 'Waar ga je heen?'. Eddy Christiani herleefde in 'Zonnig Madeira'. Heel wat minder zonnig was het leven van de smokkelaar die vervolgens bezongen werd. Liefdesliedjes ontbraken evenmin in het
repertoire, en Cornelis Vreeswijk kwam nog een keer voorbij met het eveneens droevige lied 'Veronica'. De centrale boodschap van de Dick Hageman was dat het leven gevierd moet worden, en omdat de
troubadour gewoon op deze muzikale voet verder wil gaan, werd het concert afgesloten met 'We'll meet again', bekend van Vera Lynn die maar liefst de leeftijd van 103 jaar mocht bereiken. Helaas
was het geluid niet optimaal. John Zwetsloot constateerde achteraf zelf dat de verstaanbaarheid van de teksten vaak te wensen overliet vanwege de galm in de zaal. Wellicht is het daarom
verstandig om de komende muzikale middagen te programmeren in de kapel van Wiekendael waar de akoestiek een stuk beter is. Maar desondanks was de middag meer dan geslaagd. Het is immer een feest
voor oog en oor om Dick Hageman en zijn band aan het werk te zien. Galm of niet.
Biografie Dick Hageman: Dick Hageman is zanger-gitarist en troubadour van het eerste uur. Een vrije man, die kort na de oorlog met gitaar en drie liedjes zijn kost verdiende voor vrouw en
later ook twee kinderen. Al reizend door Europa heeft Dick vele liederen verzameld. Levensliederen, chansons, meezingers en ook Engelstalige evergreens. Een prachtige stem, getuigend van
een rijk leven. Ook leerde hij al reizend het vak van pottenbakker. Gevestigd in Ossendrecht had Dick zijn atelier "De Stenen Kus". Van hieruit werden (naast het creëren van zeer
origineel keramiek) de Antwerpse cafés met de brommer bereikt. Drie liedjes spelen, met de pet rond en hup, naar het volgende café. Sinds begin jaren '80 verzorgt Dick optredens met zijn
band. Met deze muzikanten is in de loop der jaren vooral met veel passie gespeeld.
Zijn Roosendaalse begeleidingsband bestaat uit Kees Luykx ( drums ), Don Haagh ( gitaar ) en John Zwetsloot ( bas ).
De Dick Hageman Band nam in 2005 al een sfeervolle live-cd op ter ere van Dick die 80 jaar werd en bovendien 60 jaar muzikant en 50 jaar pottenbakker was.
Met de albums “Ik Heb Kermis Gevierd” ( 2015 ) en “Ver In De Vreemde” ( 2020 ) kwam hier een passend vervolg op.
Het repertoire van Dick Hageman bevat composities van o.a. Koos Speenhoff, Annie M.G. Schmidt, Jacques Brel en Cornelis Vreeswijk.
Maandag 19 september 2022
Mes frères et moi, (afgelopen zondag te zien in het City Theater als onderdeel van Cinema Paradiso) speelt zich af in een niet nader genoemde Zuid-Franse stad, we maken direct kennis met de
veertienjarige Nour, die het als jongste van vier broers niet makkelijk heeft. De vader van het gezin is overleden en de moeder ligt in coma op bed. Dat Nour van Pavarotti houdt, vinden zijn
broers bespottelijk. Het leidt tot spanningen als de jongen in de zomer gratis een operacursus mag volgen. De jongen voert daar een taakstraf uit in een soortement verzamelgebouw na een
akkefietje met de politie. In een van de andere lokalen wordt judoles gegeven, maar er is ook een klasje voor jong klassiek talent. Nour raakt in vervoering van 'Nessun Dorma' gezongen door
Pavarotti, dat 'toevallig' net aan de orde is, en dat ontgaat de muziekdocente niet. Ze nodigt Nour uit om binnen te komen en te laten zien wat hij in huis heeft. Dat is duidelijk te weinig
voor een succesvolle operacarriere, maar de sprookjes zijn de wereld en zeker deze film niet uit. Nours oudste broer wil er sowieso niet van horen, want hij vindt dat het tijd is dat zijn
broertje als pizzabezorger een bijdrage levert aan het karige gezinsinkomen.
De film toont het dilemma van Nour, die klem zit tussen wat thuis van hem verwacht wordt en een andere, culturele wereld waartoe hij zich aangetrokken voelt. Het had makkelijk kunnen
uitmonden in een verhaal over een zielige tiener, die het op moet nemen tegen drie bullebakken van broers, maar in die valkuil valt de film niet. Ook Nours broers zijn levensechte personages,
die evenveel van elkaar verschillen als broers in het echte leven. Dat de oudste broer wil dat Nour gaat werken, is begrijpelijk, want voor voldoende brood op de plank is alle hulp nodig.
Uit de Filmkrant: Het ontbreekt niet aan films over ellende in Franse achterstandswijken. Regisseur Yohan Manca wil nu eens iets anders laten zien. In zijn debuutfilm Mes frères et moi
trotseert een tiener in een kansarme buurt de tegenwerking van zijn broers als hij operazanger wil worden.
Filmmakers hoeven de werkelijkheid niet te verbloemen, maar wie afgaat op Franse films over banlieues en andere achterstandswijken zou denken dat het leven in de hel niet erger kan zijn. De
indruk die gewekt wordt is die van een oorlogsgebied, waarin drugsbendes elkaar te lijf gaan en racistische politieagenten het laatste restje leven uit de wijk slaan. Dat er ook mensen wonen
die dagelijks naar hun werk gaan en het beste voor hebben met de buurt, kom je in deze films niet tegen.
Theatermaker en debuterend speelfilmregisseur Yohan Manca, die opgroeide in een Parijse buitenwijk, ergert zich aan dit stereotiepe beeld. Hij zet er met zijn toneelbewerking Mes frères et
moi een levenslustig beeld tegenover. De regisseur, bij wie Spaans en Italiaans bloed door de aderen stroomt, pretendeert niet dat zijn film dé werkelijkheid laat zien over
achterstandswijken, maar wel een in de media veelal onzichtbare werkelijkheid. Hij liet zich inspireren door zijn jeugd, maar ook door filmmakers uit de gouden periode van de Italiaanse
cinema, met name Fellini en Scola.
Het in warm zomerlicht badende Mes frères et moi is een warmbloedige, innemende film over het leven in een achterstandswijk. De tussen realisme en modern sprookje balancerende film maakt de
pijn van het zich los worstelen uit een weliswaar warm, maar ook benauwend milieu, bij vlagen ontroerend voelbaar.
Maandag 19 september 2022
Het door de Chanteyman georganiseerde Irish Folk & Seasong Festival had zaterdagmiddag met name in de eerste uren stevig te lijden van het regenachtige weer dat bij vlagen over Roosendaal
trok. Maar zoals het echte zeelieden betaamt zeurden de geboekte artiesten niet over de weersomstandigheden en ze trokken zoals was gepland optimistisch gestemd van leer op de Nieuwe Markt,
de Markt en het Tongerloplein.
De shanties, oftewel zeemansliederen, werden op alle drie de podia afgewisseld met de typische Ierse combi-klanken van banjo, viool, bodhran en tin whistle. De bands en koren waren niet
honkvast. Wie het festival -de regen trotserend- op een terras op de Markt of het Tongerloplein wilde beleven kon desgewenst de hele middag blijven plakken, de artiesten kwamen vanzelf een
keer voorbij. Zo kregen de bezoekers onder het genot van een hapje en drankje tussen 13.00 en 17.00 uur in willekeurige volgorde optredens voorgeschoteld van Paddy's Passion uit Putten,
Sheperd's Pie uit Hardinkxveld, 't Craeyenest en Chanteyman uit Roosendaal, The Best Irish Singers uit Best, en de revelatie van het festival Jigsaw uit Heeswijk en Veghel. Wie zich door de
hemelse waterval niet liet afschrikken, zag zijn moed en geduld na ruim een uur beloond. De wolken maakten langzaam plaats voor een wat waterig zonnetje, dat helaas geen constante factor was.
Na regen kwam inderdaad zonneschijn, maar met korte tussenpozen ook weer opnieuw regen. Zon of regen, wat het festival al snel duidelijk maakte, is dat de nieuwe Markt beter geschrapt kan
worden als locatie. Het publiek was daar aangewezen op de randen van de bloembakken, beter bekend als het Lover van (Cees) Lok, de oud-wethouder aan wie wij deze door Riek Bakker geinitieerde
voorziening te danken hebben tegen een bepaald niet misselijke vergoeding. Met de beste wil ter wereld is daar geen festivalsfeer te scheppen. Dit Roosendaalse Hemelse plein van de Vrede is
vrijwel uitsluitend geschikt voor groots opgezette manifestaties als Taptoe's (wat in Roosendaal al lang tot het verleden behoort) en sportpresentaties (zie een van mijn vorige columns). Met
het plaatsen van rijen stoelen was er nog wel iets van te maken geweest, maar Roosendaal en stoelen is helaas geen logische combinatie. Ondanks diverse verzoeken daartoe mijnerzijds zijn er
nog steeds geen banken geplaatst op het Tongerloplein, hoewel daar meer dan genoeg ruimte voor is. De verantwoordelijk wethouder Arwen van Gestel neemt zelfs de moeite niet om op deze
suggestie te reageren.
Wie een evenement in de open lucht organiseert, dient zeker in deze nazomerse periode altijd een alternatief achter de hand te houden indien zoals deze zaterdag het geval was Pluvius als
spelbreker optreedt. Dit festival was in de St. Jan veel beter uit de verf gekomen. De werkzaamheden die moeten leiden naar een nieuwe theatervoorziening als aanvulling op De Kring liggen al
geruime tijd stil, zoals op Open Monunumentendag viel te constateren. Zo moet onder meer de vloer in het vroegere kerkgebouw nog vervangen worden, dus dat kan nog wel even duren. In de St.
Jan had De Chanteymen geheel in de geest van Riek Bakker een mooi compact programma kunnen presenteren waarbij een optimale sfeer verzekerd was. Wijlen Henk de Koning organiseerde regelmatig
IrishFolk-festivals in De Stoelemat in Bergen op Zoom, voorzien van standjes en andere randactiviteiten. De St. Jan leent zich daar eveneens uitstekend voor, zoals in het verleden vaak
bewezen is. In muzikaal opzicht was er zaterdag gelukkig nog genoeg te genieten. De formatie Jigsaw kreeg heel wat handen op elkaar en voetjes in beweging bij hun optreden op de Markt. Ruim
een uur later mochten ze kun repertoire nogmaals brengen op de Nieuwe Markt, maar daar was van beleving geen enkele sprake. En daarom nogmaals een Pleidooi om deze locatie zo snel mogelijk te
schrappen en het festival direct onderdak te bieden in de St. Jan, als de (ver)bouw situatie het dan nog toelaat. Jigsaw keerde na gedane arbeid nog even terug naar de Markt om het festival
met een niet geplande toegift af te sluiten. Daar bleef het niet bij. Pas na vier toegiften bleken de diehards onder het publiek bereid de viermansformatie te laten gaan. Hoog tijd voor de
derde helft, zo redeneerde menigeen. Het bleef daardoor na afloop nog lang gezellig druk op de Markt.
Vrijdag 16 september 2022
Het theaterseizoen in De Maagd-Bergen op Zoom ging donderdag 15 september van start met de voorstelling 'Shakespeare by Heart' gepresenteerd en gespeeld door Gijs Scholten van Aschat en
Pierre Bokma. Het was een onderhoudende- en leerzame- en toch luchtige avond met veel verve gebracht door twee acteurs die door velen worden beschouwd als het beste wat onze toneelwereld
momenteel te bieden heeft. In Bergen op Zoom stond het duo pas voor de tweede keer dit seizoen met hun visie op Shakespeare op de planken.
De aftrap was onlangs in Groningen en omdat publieksparticipatie een belangrijk onderdeel van de productie is, werden de rollen nu eens omgedraaid. De acteurs gaven de bezoekers een cijfer
voor hun aandeel in het geheel. En omdat er in Groningen vrij hoog was gescoord, lag de lat erg hoog voor de Bergenaren. Krabben weten echter van aanpakken. Met openingsvraagjes als 'Hoeveel
stukken heeft Shakespeare helemaal zelf geschreven (want dat was lang niet gebruikelijk in die dagen, de beroemde zin 'To be or not to be' komt niet eens uit de koker van Shakespeare)? en
'Wanneer is hij geboren en wanneer is hij overleden? wisten ze wel raad. Aan vingers opsteken doen Bergenaren niet. Die slingeren hun antwoorden vrijwel direct terug het podium op.
Shakespeare maakte naam met zijn visies op vorsten en andere machthebbers, die volgens Van Aschat pas tot inkeer komen wanneer ze hun ambt hebben verlaten. Een goed voorbeeld is volgens hem
'onze' Dries van Agt. 'Pas toen hij de politiek vaarwel had gezegd, ging hij zich bekommeren om het lot van Palestijnse vluchtelingen in de kampen en zich daar ook voor inzetten. 'Voorheen
als premier hoorde je hem daar nooit over. Zoals Bill Clinton pas oog kreeg voor Moeder Natuur toen hij al lang en breed was opgevolgd door George W. Bush. Maar in de tijd van Shakespeare
stierven vorsten meestal in het harnas of werden ze door politieke tegenstanders vermoord, zoals Richard de Tweede van Engeland is overkomen'. Richard was een ware inspiratiebron voor de
grote schrijver. Met assistentie van een man uit het publiek werd een cruciale scene uit dat toneelverhaal nog eens ten tonele gevoerd. Het was een heerlijke ervaring om deze twee acteurs
-inderdaad het beste wat Nederland te bieden heeft- op elkaar met woord en gebaar te zien inhakken. Gijs Scholten acteerde gedurende de gehele voorstelling de dominante persoonlijkheden,
terwijl Pierre Bokma hem vaak letterlijk op de voet volgde. Dat past ook het beste bij deze karakters. In de scene uit Romeo en Julia (gespeeld door een jonge blonde, Bergse schone, eveneens
uit het publiek geplukt) trad Gijs Scholten tot grote uiteraard gespeelde ergernis van Romeo Bokma ongewild en ongevraagd op als regisseur. Een regisseur bovendien die hem zijn kritiek niet
bepaald bespaarde. 'Maak toch niet zoveel weidse gebaren, man.. Je lijkt wel een dorpsidioot. Je denkt toch niet dat dit indruk maakt op jouw beoogde lief. (die deed er vriendelijk
glimlachend diplomatiek het zwijgen toe)' Natuurlijk had de 'regisseur' ook nog een 'welgemeend' advies paraat voor zijn discipel: VERLIES NOOIT HET NATUURLIJKE UIT HET OOG, WANT DAN VERLIES
JE IN EEN KLAP JE GELOOFWAARDIGHEID. Dat kwam wat merkwaardig over, want Gijs Scholten ging bij het uitspreken van die woorden behoorlijk onnatuurlijk en ongeloofwaardig uit zijn bol. Tot
slot speelde het duo nog een in mijn ogen te lang gerekte scene uit 'Othello'. Ik betreur het ook dat er niet voor wat muzikale verluchting is gekozen, het hof van koningin Elizabeth 1 leent
zich daar immers uitstekend voor. Met name bij 'Romeo en Julia; was muzikale omlijsting zeer passend geweest, maar dat alles doet niets af aan het hoge niveau van dit toneelcollege, dat zelfs
op de mindere momenten het publiek bleef boeien. En dat publiek zag hun medeleven en participatie uiteraard bekroond met een dikke 10. Wat denken die Groningers wel!
Shakespeare by Heart - Gijs Scholten van Aschat en Pierre Bokma, gezien door Jaap Pleij op donderdag 15 september in De Maagd in Bergen op Zoom.
Donderdag 15 september 2022
Het Vlaamse dagblad De Morgen heeft een nogal uitgesproken mening over 'Where the Crawdads Sing' van regisseur Olivia Newman die woensdagavond te zien was in het City Theater als onderdeel
van de Cinema Paradisoreeks. 'Goedkope sentimentaliteit gespeeld door totale miscast', schroomt de krant niet als kop boven de recensie te plaatsen. Recensent Christophe Verbiest zag tal van
cliches aan zich voorbij trekken.
'De clichés liggen opgetast in elke scène van de onbezielde romanadaptatie Where the Crawdads Sing, waarin een outsider op een piëdestal geplaatst wordt', schuimbekt Verbiest. Hert is
inderdaad een ongeloofwaardig verhaal dat het publiek krijgt voorgeschoteld met tal van dito wendingen. Desondanks vond ik de film best goed te verteren, vooral omdat de toedracht maar niet
duidelijk wil worden. Het is eigenlijk een lang uitgesponnen 'Who's dun it?', Het antwoord zit pas opgesloten in de slotscene en dan is nog lang niet duidelijk hoe de vork nu precies in de
steel zit.
'Where the Crawdads Sing' uit 2018 van Delia Owens is een van de bestverkochte Engelstalige romans van de afgelopen tien jaar. Op aansporen van actrice Reese Witherspoon, die enkel als
producer optreedt, is het boek verfilmd. Centraal staat de 24-jarige Kya Clark die van moord beschuldigd wordt. De rechtbankscènes worden afgewisseld met flashbacks waarin we het onalledaagse
leven van de als The Marsh Girl (het moerasmeisje) bekendstaande jonge vrouw, een kind nog, ontdekken. Ze is nog geen tien als ze alleen achterblijft in het ouderlijke huisje in de draslanden
van North Carolina. Twee mannen zullen haar leven in een beslissende plooi leggen. Dankzij deze twee prille dorpelingen, Tate en Chase, gaat er een nieuwe wereld open voor Kya Clark, waarbij
ze onder meer de fysieke aspecten van de ontluikende liefde leert kennen . Die scenes hadden overigens wel wat spannender mogen zijn. In het begin van de film wordt het lichaam van
liefdespartner nummer twee, Chase, aangetroffen. Omdat ze (toevallig?) met haar bootje in de buurt rond vaart, wordt ze maar gelijk als dader aangeduid. 'Het zal wel om een crime passionel
gaan', zo wordt er door de openbare aanklager geredeneerd. Tijdens de rechtszaak blijkt dat er geen spatje echt bewijs is dat tegen haar pleit. Het kost de verdediging dan ook niet veel
moeite om geen spaan heel te laten van het betoog van zijn opponent. Maar wat is er nu echt gebeurd? Het is een gemis dat Kya niet zelf getuigt in de rechtszaal. Zodoende blijft de kijker tot
die slotscene ongewis van wie nu precies als dader aangemerkt kan worden, en dat is behoorlijk onbevredigend. Zeker omdat er nog zoveel vragen onbeantwoord blijven.
Uit De Morgen: Dit thrillermelodrama is doordesemd van goedkope sentimentaliteit, de (gender)clichés vallen niet te turven en daarenboven is Daisy Edgar-Jones, in wezen geen slechte actrice,
volledig miscast. Ze mist het flamboyante om haar personage gestalte te geven en bovendien is ze ongeloofwaardig in de scènes met Kya als 16-jarige. Oh ja, er zitten fraai gefotografeerde
beelden in de film, maar het is zoals met de landschappen tijdens uitzending van een Tour-rit: plaatjesmakerij voor de galerij.
Woensdag 14 september 2022
Een noodfonds waar mensen die hun energienota niet meer kunnen betalen een beroep op kunnen doen is boterzacht en wel zo fraudegevoelig dat dit zo goed als zeker het begin is van een nieuwe
toeslagenaffaire. Dat moet de regering echt niet willen. Zo'n heilloze regeling is nooit waterdicht te krijgen. De regeringen Rutte heeft aan de zijlijn toegekeken hoe onze maatschappij met
menselijke waarden veranderd is in een kille, digitale samenleving waarin zonder smartphone nog nauwelijks te functioneren valt. Probeer maar eens een kaartje voor de schouwburg te reserveren
als je niet over zo'n dwingelandapparaatje of een printer beschikt. Dat is vrijwel onmogelijk geworden.
Grote groepen burgers slagen er niet meer in om naast de energierekening de alsmaar voortdurende prijsverhogingen in de supermarkten financieel bij te benen. Desondanks wordt van iedereen
verwacht in het bezit te zijn van een smartphone. Komt er nu ook een fonds voor mensen die geen geld meer hebben voor een nieuw apparaatje wanneer de oude het begeven heeft? Noodfondsen zijn
onbegaanbare en doodlopende wegen. Laat de regering liever maatregelen nemen om de prijzen voor deze levensbehoeften (een smartphone behoort daar nu kennelijk ook toe) aan banden te leggen.
Dat ressorteert pas echt effect.
Woensdag 14 september 2022
Een aantal jaren geleden bezocht ik Tennisvereniging Roosendaal vanwege een voorbeschouwing op de Open West-Brabantse Tenniskampioenschappen die daar een week later van start zouden gaan. We
bespraken uiteraard wie de voornaamst titelkandidaten waren voor het hoofdtoernooi, waarvoor een groot aantal nationale toppers zouden aantreden. Na de meest waarschijnlijke finalisten tegen
het licht te hebben gehouden, opperde ik om er nog een extra wedstrijd aan vast te plakken, namelijk een ultieme finale tussen de winnaars bij de vrouwen en de mannen. Want dan weet je pas
wie de ware kampioen is.
Bij een prominente televisiekwis met Maarten van Rossem als enige jurylid wordt bepaald wie de slimste mens is, en niet wie de slimste man of vrouw. Waarom zou dat in de sportwereld ook niet
gangbaar zijn? Bij de zondag afgesloten US Open kwamen Iga Swiatek en Carlos Alcaraz als sterksten uit de bus. Wat zou het een mooie apotheose geweest zijn als het tussen een onderlinge
krachtmeting tussen deze kampioenen was gekomen, met als inzet de titel van Allround Champion. Mijn gesprekspartners bij TV Roosendaal wierpen tegen dat het krachtsverschil tussen de mannen
en vrouwen waarschijnlijk nog te groot was om een dergelijke match te rechtvaardigen. Ik waagde dat toen al te betwijfelen. 'Als dat zo is, dan moeten de mannen dat op de baan maar bewijzen.
Het lijkt mij juist een leuke, extra prikkelende toevoeging aan de bestaande gang van zaken'. aldus mijn reactie. De heren keken elkaar nog een keer aan en beloofden hier eens binnenskamers
over te gaan praten. Ik heb er nooit meer iets van vernomen. Eerlijk gezegd had ik ook niet anders verwacht.
Vreemd eigenlijk, vrouwelijke topsporters willen financieel net zo hoog gehonoreerd worden als hun mannelijke collega's. Laat ze dan ook tegen mannen in het strijdperk treden, om te bepalen
wie de ware kampioen is. Van Serena Williams wordt gezegd dat ze best bij de heren mee had kunnen draaien. En ik wil nog wel eens zien of Carlos Alcaraz het wint van Iga Swiatek. Bij sommige
vechtsporten, zoals grappling, is het zelfs al gebruikelijk dat mannen en vrouwen in een competitie tegenover elkaar op de tatami staan. Dan moet dat bij de tennissport toch ook kunnen.
Swiatek beschikt over een zeer fraaie service., waar menig heer een puntje aan kan zuigen. Ik had wel eens willen zoien hoe Alcaraz daar op reageert. Stel dat Feijenoord een sterke
vrouwelijke spits in het vizier krijgt. Waarom zou die dan niet in het eerste elftal mogen staan? Coen Moulijn had immers ook maar een bescheiden fysiek vermogen, wat hij geheel compenseerde
met zijn fabelachtige techniek. Die veel te lang gescheiden wegen zijn echt wel aan samensmelting toe. Iets voor alle sportbonden om eens over na te denken.
Dinsdag 13 september 2022
Een half uur had hij zondag in de kleine zaal van De Kring van de organisatie gekregen om op zijn eigen onnavolgbare wijze 'Op zoek te gaan naar Brederoc'. Zonder ook maar een enkele hapering
of verspreking wist professor-emeritus Herman Pleij binnen die dertig minuten ogenschijnlijk moeiteloos een levendig, boeiend en samenhangend portret te schetsen van kunstschilder, schrijver,
filosoof en missionaris van Mill Hill Kees Breed, in brede kringen beter bekend als Brederoc. Zijn spreekbeurt was de start van een breed opgezet project, bestaande uit een expositie die
aansluitend van start ging in het Tongerlohuys, de uitgave van een rijk geillustreerd boek over het werk en leven van Brederoc en de schilderwedstrijd Brederoc. De zestien grootste talenten
mogen een masterclass volgen en de winnaar mag gedurende een maand een aantal werken exposeren bij de reizende tentoonstelling 'Op zoek naar Brederoc'.
Herman Pleij verklaarde zich vooral aangesproken te voelen door de portretten van Breed. Met onder anderen Rembrandt had Brederoc gemeen dat zij zichzelf vaak als model namen. Dat had volgens
Pleij meerdere redenen. 'Het betrof dikwijls een financiële afweging. Het inhuren van professionele modellen was doorgaans een dure aangelegenheid. Daarnaast zochten veel schilders al
schilderend de confrontatie met zichzelf. Wie ben ik, wat wil ik uitstralen? Een zelfportret was een goed middel om langdurig in de eigen ogen te kijken en de toekomstige richting te bepalen.
Ijdelheid was deze beroepsgroep niet vreemd. Velen van hen konden de neiging niet onderdrukken om zich mooier af te beelden dan dat ze in werkelijkheid waren. Een zelfportret werd daardoor
ook een soort reclamemiddel. Menig opdrachtgever koos bij voorkeur voor een kunstenaar die er goed uit zag, al was dat strijdig met de realiteit, zoals hij in de praktijk vaststelde. Dan zal
hij mij ook wel op voordelige wijze portretteren, was daarbij de achterliggende gedachte. Laat tien kunstenaars een portret schilderen en je krijgt tien totaal verschillende kunstwerken. Dat
komt doordat de portretkunst veel mogelijkheden biedt om je eigen accenten te plaatsen. Vincent van Gogh groeide na zijn dood uit tot een schilder van wereldnaam en wereldfaam. Van fotografie
die in zijn tijd het beeld mede begon te bepalen, moest hij niets hebben. De realiteit was hem te oppervlakkig. Die beeltenissen lieten niets aan de fantasie over en daar moest Van Gogh het
in zijn werk juist van hebben. Hartstochten waren zijn voornaamste bronnen van inspiratie. Daarin schoot de fotografie in zijn visie altijd te kort. Het is daarbij wel goed te bedenken dat
het maken van foto's toen nog een statische aangelegenheid was, waarvoor immer geruime tijd werd geposeerd. Van spontane plaatjes was nog lang geen sprake toen Van Gogh zijn laatste adem
uitblies. Geen van zijn schilderijen is als realistisch te typeren. Het kleurgebruik strookte bij voorbeeld al niet met de echte wereld'. (Wat onderstaande foto duidelijk onderstreept)
Portretten waren in vorstelijke kringen een gebruikelijke manier om een indruk te krijgen van de toekomstige bruid of bruidegom. In de praktijk viel de beoogde huwelijkspartner nogal eens
tegen. Naar het schijnt heeft Henry VIII uitgeroepen toen hij Anna van Kleef voor het eerst zag: Wat moet ik in hemelsnaam met die Vlaamse koe? De huwelijksplechtigheid is toch doorgegaan,
maar de koning vond zijn bruid niet de moeite waard om het huwelijk ook te consumeren. Dat maakte het voor hem ook eenvoudig om zich van de verbintenis af te maken. Vergeef mij de
woordspeling', kreeg Pleij de lachers moeiteloos op zijn hand.
Dat Nederlanders uitblonken in de schilderkunst was in het buitenland ook snel opgevallen. Sommige 'kunstkenners' schreven dat toe aan de speciale band die die onze voorouders eeuwen lang met
het wassende water hadden. Ze stonden er vaak letterlijk en langdurig midden in. 'Daardoor zuigen hun hersens alles op, gelijk een spons, en dat zetten ze dan om in verf op het doek', aldus
de alles behalve plausibele verklaring'. Hoe het dan wel zat, vertelde Pleij er niet bij. Een kleine anekdote wilde hij het publiek ook niet onthouden. 'Recentelijk verbleef ik een nacht in
een hotel in Leeuwarden. 's Ochtends bij het ontbijt vroeg een van de bedienende dames of ik goed geslapen had. Een vraag die ik in positieve zin kon beantwoorden. Haar reactie luidde: Mooi,
ik ook! Dat vond ik toch wat merkwaardig en daarom kon ik het niet laten haar te vragen of ze vaker met deze ontboezeming naar buiten trad. 'Nee hoor, alleen maar als het zo is', kaatste ze
terug. Dat 'Ik ook' had overigens niets met MeToo van doen, kan ik u verzekeren'. Aan burgemeester Han van Midden, die zich zeer onder de indruk toonde van Pleij's redenaarstalent, was
vervolgens de eer om de expositie voor geopend te verklaren.
Maandag 12 september 2022
Het is lang geleden dat het aantal activiteiten niet te behappen viel in Roosendaal. Maar het weekeinde van 10 en 11 september heeft wat dat betreft geschiedenis geschreven. Open
Monumentendag en het theaterfestival 'Op de Grens' overlapten elkaar volledig, en dan werd in het Tongerlohuys zaterdag ook nog eens het boek 'Op de Kapelberg' uitgebreid gepresenteerd, op
zondag gevolgd door de opening van de expositie 'Op zoek naar Brederoc' en het maandelijkse gratis jazzconcert onder auspicien van Ton van de Geijn in het theatercafe van De Kring. .
Mijn programma ging zaterdag van start in het Tongerlohuys waar De Kapelberg centraal stond. Het is 125 jaar geleden dat Marinus Vergouwen dit bijzondere religieuze centrum, opgedragen aan
Maria, realiseerde. Spirit in Roosendaal heeft in samenwerking met de kerkelijke instelling De Kapelberg het rijk geillustreerde boek 'Op de Kapelberg' (verkrijgbaar voor 9,95 euro)
samengesteld. Ook al houdt deze Mariakapel zich al jaren schuil tussen Borchwerf 1 en 2 langs de A17, ze wordt nog steeds met grote regelmaat bezocht door Pelgrims. De presentatie werd in
aanwezigheid van Vergouwens kleinzoon opgeluisterd met enkele voordrachten van getuigenissen uit het boek en met twee Marialiederen van Jan Verswijveren. De eerste twee exemplaren werden
uitgereikt aan vicaris-generaal Lommers en wethouder Arwen van Gestel. De laatste deed er het zwijgen toe, maar Lommers vertelde dat hij voor deze gelegenheid ter ere van Maria doelbewust een
blauwe stropdas had omgeknoopt. 'Maria was een jong joods meisje, dat het zuivere geloof belijdde. Ze hield haar leven lang vast aan de Tien Geboden. Deden hedentendage maar meer mensen dat,
dan zou de wereld er veel beter uitzien'.
Aansluitend bezocht ik de voorstelling 'Jij en ik en alle anderen' van compagnie 21 in de Makelaardijetent, als onderdeel van het festival Op de Grens. Een helaas wat te korte
dansvoorstelling over twee jonge vrouwen die samen de wereld ontdekken. De vraag daarbij was: In hoeverre kunnen jij en ik de wereld bepalen? Zonder dat we te veel bezig zijn met anderen om
ons heen. Het duet voor twee vrouwen toonde aan dat mensen altijd zullen verschillen, net zoals zij immer grote overeenkomsten zullen vertonen. Jammer dat de choreograaf niet wat breder heeft
uitgepakt.
Burgemeester Han van Midden had zondag een druk programma af te werken. 's Ochtends woonde hij in de O.L.Vrouwekerk de zondagochtenddienst bij met een speciale reden. Zijn trouwe chauffeur
Sjaak Sebregts werd in een speciale zetel door pastoor Marc Lindeijer in het zonnetje gezet wegens zijn speciale en langdurige verdiensten voor de parochie. Die inzet werd beloond met een
speciale medaille van verdiensten, een eerbetoon van de kostergemeenschap. Uiteraard sprak de burgemeester ook een woordje waarbij hij zich prijzend uitliet over het vele werk dat Sebregts
voor de gemeente verricht. Tevens was het de bedoeling dat hij de schilderijen- en fototentoonstelling zou afsluiten, maar die is vanwege grote belangstelling met een week verlengd. Lindeijer
benadrukte nogmaals dat de O.L.Vrouwekerk vooral een welkome kerk midden is de samenleving wil zijn.
In de middaguren liep Van Midden samen met een groot aantal bezoekers en genodigden uit voor de expositie 'Op zoek naar Brederoc'in het Tongerlohuys, een ambitieus kunstproject rond het leven
en werk van Kees Breed,alias Brederoc. Ook daar was een boekpresentatie onderdeel van het programma. Dit kunstproject moet zoals directeur/bestuurder Jan-Hein Sloesen van het cultuurcluster
het uitdrukte gezien worden als 'een cadeau aan Roosendaal'. Breed (Alkmaar 1925 - Oosterbeek 2017) was kunstschilder, schrijver, filosoof en missionaris van Mill Hill. Dutch Master Painters,
bestaande uit Gisela in het Veld en Bert van Gerwen, kreeg in 2018 een telefoontje van Martien van Leeuwen, regionaal overste van Mill Hill in Oosterbeek. Of ze de schilderijen wilden
beoordelen die Breed vanuit de Filippijnen had opgestuurd. Het duo trof ter plaatse een een zolder met wel 800 werken van Breed aan. Zij waren daar zo van onder de indruk dat hun agenda voor
de komende jaren volstroomde met voorbereidende werkzaamheden. Het resultaat mag er zijn. Het Tongerlohuys is daardoor veranderd in een schuurvondst van formaat, bestaande uit portretten,
stillevens, religieuze voorstellingen en naakten. Professor-emeritus Herman Pleij was uitgenodigd om zijn visie te geven op het werk en leven van Brederoc. Hij deed dat zoals altijd met
zoveel verve dat burgemeester Han van Midden na afloop liet weten 'wel uren naar Herman Pleij te kunnen luisteren. 'Mensen goedemiddag. Ik zeg bewust geen dames en heren, omdat Brederoc daar
ver voor die genderdiscussie een duidelijk gevoel over had. 'Wij zijn als mens een lichaam van Moeder Aarde. Het is bij voorbeeld opvallend dat hij Jezus in zijn 'Laatste Avondmaal' heeft
afgebeeld als vrouw, de rode lippen laten daar geen twijfel over bestaan. Jezus als moeder, de hoeder over zijn discipelen', aldus Pleij. Na het officiele gedeelte konden de bezoekers de
expositie bezichtigen.
In het theatercafe van De Kring ging aansluitend het jazzconcert onder auspicien van Ton van de Geijn van start, gevuld met een groot aantal gastsolisten, waaronder zijn zoon Rob, en diverse
jonge talenten. Voor zangeres Isme Elbers was het de eerste keer sinds lange tijd dat ze weer op het podium stond. 'Why..tell me why' liet zij Michael Jackson weer even herleven. Ik vervolgde
mijn pad naar De KringTent van 'Op de Grens', voor de tweede voorstelling van Hakim, waarin hij met hulp van een groot aantal kinderen uit het publiek zijn visie gaf op het sprookje
'Roodkapje'. In zijn schouwspel heeft de wolf Roodkapje nooit opgegeten, want hij is immers vegetarier en heel goed bevriend met de oma van Roodkapje. Waar Hakim die kennis vandaan haalde?
Dit is hem verteld door Wolfgang, de zoon van de wolf, toen hij een dierenasielzoekerscentrum bezocht. Die had het uit eerste hand, dus dat zou best eens kunnen kloppen.
Bekend stadsgezicht Pierre de Jong plaatste onlangs een oproepje in de rubriek 'Lezers voor Lezers' van BN/DeStem. Het werd door de redactie in uitvergrote vorm gepubliceerd. Pierre is op
zoek naar 'boekjes over stadsgenoot Jan Mol' (tevens kop boven artikel). Ze zijn nergens meer verkrijgbaar. Zelfs niet bij de auteur, uw toegewijde correspondent.
In tegenstelling tot wat in de rubriek staat vermeld, gaat het niet om twee maar om drie boekjes, te weten: Tien Tullepetaonse Oogheden (2006), Mol neust bovengronds - Mijn ontmoetingen met
Jan Mol (2007) en 'Jan Mol en andere zaken'. Dat laatste boekje werd in 2012 op carnavaleske wijze gepresenteerd in aanwezigheid van voorzitter Ad Vos van de stichting Carnaval en prins Olav
den Eerste (destijds nummer tien in de rij).
Al op de dag dat de rubriek verscheen, kreeg Pierre de Jong diverse opvallende reacties op zijn oproep. Onder hen de van oorsprong Roosendaalse kunstenaar Cees van Gastel (tegenwoordig woonachtig
in Breda) en de vorige burgemeester van Roosendaal, Jacques Niederer. In beide gevallen kon De Jong verblijd worden met 'Tien Tullepetaonse Oogheden', waarvan Jan Mol met zijn elf dienstjaren
(1959-1970) en zijn eenmalige invalbeurt (1976) de langst 'regerende' leutvorst was.
'Beste Pierre , na mijn ambtstermijn die in 2019 na een bestuursperiode van negen jaar ten einde liep, ben ik weer in mijn geboorteplaats Bergen op Zoom gaan wonen. Ik heb het boek destijds met
veel plezier gelezen, maar ik vind dat het eigenlijk wel in een Roosendaalse boekenkast hoort te staan, en daarom doe ik je het graag cadeau', schreef de oud-burgemeester aan De Jong. Hij is
uiteraard zeer in zijn nopjes met deze reacties. Nu zoekt hij dus nog 'Mol neust Bovengronds' uit 2007 en 'Jan Mol en Andere zaken' uit 2012. Wie ze in bezit heeft en bereid is er afstand
van te doen, kan contact met hem opnemen via pierre.dejong@bisnis.nu. Hij zou u er zeer erkentelijk voor zijn.
Voordat de Japanse regisseur Ryûsuke Hamaguchi afgelopen jaar internationaal doorbrak met Drive My Car, maakte hij het drieluik Wheel of Fortune and Fantasy (Gûzen to sôzô), recent op
festival CinemAsia te zien en nu landelijk in de bioscopen. Het is een volstrekt ironische titel, zo wordt in het eerste van de drie verhalen al snel duidelijk. De film was woensdagavond te
zien in de City-bioscoop als onderdeel van Cinema Paradiso. Het was een zeer aparte ervaring. Japanners rustige, zwijgzame mensen? Vergeet het maar. Stille geesten hebben diepe gronden, dat
motto gaat hier volledig op. Letterlijk ook mooi in beeld gebracht door de regie. Beschikte de Nederlandse filmindustrie maar over zulke uitmuntende tekstschrijvers. Een aanrader pur sang,
dit 'Wheel of fortune'. Maar hier en daar had het wel wat meer mogen schuren tussen de personages. Dat geldt vooral voor het slotverhaal. Dat was net iets te braafjes.
Uit de Filmkrant: De drie plotjes beschrijven, geeft te veel weg van de verrassingen die je als kijker cadeau krijgt. Laten we zeggen dat toevallige ontmoetingen, onverwachte
zielsverwantschappen, een kleine tijdreis en een noodlottige e-mail de boel allerlei onverwachte kanten op sturen. Dat onverwachte staat centraal in Hamaguchi’s oeuvre.
Neem het moment in Drive My Car waarop Yûsuke zijn geliefde betrapt met een andere man, zonder iets te zeggen even toekijkt en dan stilletjes weer vertrekt. Het is vintage Ryûsuke Hamaguchi.
Ik schrijf ‘geliefde’ en niet ‘echtgenote’, hoewel ze dat ook is, omdat het stel in de scènes vóór zijn vertrek naar het vliegveld (hij komt terug omdat hij iets is vergeten) niet alleen de
indruk wekt dat ze echt van elkaar houden, maar ook echt van elkaar houden. Dat wordt duidelijk in de rest van de film.
Hamaguchi compliceert zijn personages graag door ze gelaagd te maken en die lagen in de loop van de film aan ons te presenteren. Door ze dingen te laten doen die je net niet verwacht. Niet
per se met woorden: je voelt vaak wat er níet gezegd wordt, wat getuigt van zowel uitstekende regie als uitstekend acteren. Yûsuke’s geliefde Misaki houdt echt van hem én vrijt met een andere
man. Zij accepteert dat. Hij blijkt er meer moeite mee te hebben en zijn gemopper en afwezigheid kunnen even later wel of niet hebben bijgedragen aan haar dood, maar de rest van de film en
een toevallige ontmoeting brengen hem toch iets van verlossing.
In dat ‘iets van’ werkt Hamaguchi graag. Dingen zijn niet helder omlijnd, er is vaak een hint van mysterie, er zijn vreemde toevalligheden. Zo verfijnd zijn de beats van zijn scènes, de
momenten waarop iets sturends gebeurt, dat zijn films eigenlijk alleen uit een cultuur als de Japanse kunnen voortkomen.
In Asako I & II (2018) bijvoorbeeld wordt Asako verliefd op Baku, een vrije geest. Op een dag is hij weg, van de aardbodem verdwenen. Twee jaar later is Asako verhuisd naar Tokio en
ontmoet ze Ryohei, die sprekend op Baku lijkt maar een totaal andere persoonlijkheid heeft. Asako wordt opnieuw verliefd, maar is ze verliefd op Ryohei of is hij slechts een vervanger van
haar eerdere geliefde?
De echte dualiteit in de film is niet die van dubbelgangers Baku en Ryohei, maar schuilt in Asako: kent ze zichzelf eigenlijk wel? Dat is de ruimte waar Hamaguchi zich steeds meer in thuis
lijkt te voelen: een cinema van finesse, van ragfijne spanningen. Zijn vijf uur en zeventien minuten durende Happy Hour (2015), over de leefwerelden van vier jonge vrouwen in havenstad Kobe,
verkende in alle rust de vraag wat mensen verbindt, wat die relaties zo kwetsbaar maakt of waardoor ze juist sterker kunnen worden.
De drie verhalen in Wheels of Fortune and Fantasy lijken door hun geringere lengte vingeroefeningen voor het grotere werk: ze drijven vooral op gesprekken en spelen zich telkens grotendeels
in één ruimte af. Ze lijken dus bescheiden van opzet. Maar ze vingeroefeningen noemen, doet de film tekort. De dialogen zijn zo sterk en prikkelend geschreven, de acteurs zo treffend gecast
en zo precies geregisseerd dat de film volledig op zichzelf kan staan.
Met gespeelde theatrale verbazing overziet Aalmoezenir Bernhard van Welzenes zondagochtend de autoscooter-attractie op het KaaiDuurzaam-terrein. 'Elders gaan ze direct staan als de pater zijn
entree maakt. Maar u blijft allen gewoon zitten. Het is mij om het even hoor. Ik heb me bijzonder op deze bijeenkomst verheugd. Dat zeg ik inderdaad overal, zoals u wellicht denkt, maar
Roosendaal is mij bijzonder lief. Ik heb begrepen dat hier nog veel mensen wonen die vroeger bij de scheepvaart waren betrokken. En omdat ik ook daar aalmoezenier van ben, schept dat toch een
speciale band. Maar ook al die andere Roosendalers zijn me lief. Ik ga u onder meer vertellen over de grote waarde van de gemeenschap als zodanig, dat iedereen zich welkom weet, want elke
viering is tegelijk een zending. Wat neem je mee van zo'n bijeenkomst? Naar ik hoop gaat u met een geestelijk goed gevulde bagagedrager naar huis '. Daarmee was de luchtige toon direct gezet.
De immer vrolijke pater had er veel zin in. Dat was meteen wel duidelijk.
Ruim drie maanden terug (25 mei) vierde aalmoezenier Bernhard van Welzenes onder grote belangstelling zijn 82e verjaardag. Maar er viel in die vroeg zomerse dagen veel meer te vieren. Vijf
jubilea vielen samen. Daar werd op Tweede Pinksterdag (6 juni) op passende wijze bij stilgestaan in de Nijmeegse Waalhaven, de thuishaven van de aalmoezenier.
Zijn gouden priesterjubileum, zijn 50-jarig directeurschap van het Katholiek Sociaal en Cultureel Centrum, het gouden jubileum van het katholieke schipperswerk, het 45-jarig bestaan van de
binnenvaartparochie en toen was de Jos Vranken in de Nijmeegse Waalhaven ook nog eens 35 jaar kerkschip vielen wonderlijk samen. De dag werd extra feestelijk bezegeld door de presentatie van
jubileumboek 'Onderweg in de Toekomst'(50 jaar sociaal-pastoraal werk). Diverse betrokkenen, zoals burgemeester Han van Midden, stadskermisdichterlijk burger Ton Roelofs, de dirigent van het
Langdonkkoor (dat de Mis samen met pianist Jac Buijs muzikaal opluisterde) en de exploitant van de autoscooters kregen tegen het eind van de Kermis-Mis een exemplaar van dit jubileumboek
cadeau, uiteraard persoonlijk uitgereikt door Van Welzenes. 'Geven is niet bepaald de sterkste kant van de kerk. Noodgedwongen ontvangen wij veel liever. Ik ben blij dat er nu volop
gelegenheid is om eens met deze ongeschreven regel te breken', aldus de voorganger, die losjes met wijsheden strooide. 'Je leven is al de moeite waard als je bij een ander een lach op het
gezicht weet te toveren. Ik vind dat een hele mooie uitspraak. De eerlijkheid gebiedt mij er wel bij te vertellen dat ik deze uit de Koran heb, dat is niet bezwaarlijk, uitgerekend in religie
moet je de verbinding zoeken'.
Waar de Aalmoezenier beslist niet vrolijk van wordt, zijn al die omgekeerde vlaggen. 'Dat beschouw ik als uitermate ongepast. Recentelijk was ik in Oud-Beijerland om aanwezig te zijn bij de
speciale kerkdienst voor de vele slachtoffers die door dat vreselijke ongeval zijn getroffen. Daar hing de Nederlandse vlag half-stok. Dan doet het wrang aan om op korte afstand
geconfronteerd te worden met al die omgekeerde vlaggen bij wijze van protest tegen de regering. Protesteren mag uiteraard, maar laat anderen -zeker het symbool van nationale eenheid- in zijn
waarde. Alles begint bij wederzijds respect'. Van enkele aanwezigen op de eerste rij, waaronder de burgemeestersdochter en aansluitend de burgemeester zelf, wilde Van Welzenes weten of ze
soms moeite hebben om naar anderen te luisteren. Beiden verzekerden de geestelijk herder dat dit absoluut niet het geval is. 'Luisteren naar wat er leeft in de gemeenschap is de belangrijkste
karaktereigenschap voor een burgemeester', aldus Han van Midden. De Aalmoezenier zei daarop nu al uit te kijken naar de grote synagoge die voor 2023 gepland staat.
'Dat is bij voorbaat een historische gebeurtenis. Voor de eerste keer in het bestaan van de R.K-kerk mag een vrouw meepraten over de bisschopsbenoemingen. Daar ben ik heel blij om. Vrouwen
hebben zulke goede eigenschappen, met name op het gebied van communicatie'. Ook haalde hij nog even een uitspraak van de Rotterdamse burgemeester Aboutaleb aan, onder wie Han van Midden nog
als griffier heeft gediend. 'Mensen mogen fouten maken. Geef ze daar ook de ruimte voor, en spring de ander niet gelijk in zijn nek als hij of zij een mening verkondigt die de jouwe niet is'.
Hij riep de kermisexploitanten op om vooral vreugde uit te stralen bij hun contacten met de bezoekers. 'En kijk vooral niet te lang en te vaak op uw mobieltje. Daarmee sluit je jezelf juist
af voor anderen', doceerde de pater. Om daar direct aan toe te voegen: Wie zo lomp is om zijn mobiel te laten afgaan betaalt 100 euro extra aan de collecte, die nu in vijfvoud wordt gehouden,
een daarvan is speciaal voor de burgemeester', riep Van Welzenes weer even herinneringen op aan frater Venantius uit Schin-Op-Geul, een onvergetelijke creatie van Wim Sonneveld in het begin
van de zestiger jaren. Wonderbaarlijk genoeg speelde een van de Indonesische zusters diens 'Zeg maar ja tegen het leven', tijdens de nazit van de openluchtdienst die drie weken geleden op de
binnenplaats van de O.L.Vrouwekerk werd gehouden, waarschijnlijk zonder dat zelf te beseffen.
'Ik bid vrijwel dagelijks voor een zalige dood. Als 82-jarige moet je daar ernstig rekening mee gaan houden, ik verzeker u echter dat ik daar absoluut geen haast mee heb. Ik hoop u dus
volgend jaar in goede gezondheid weer aan te treffen bij deze Kermis-Mis in de autoscooters, die ik de afgelopen drie jaar echt heb gemist (in 2020 was er vanwege corona geheel geen Mis, in
2021 werd uitgeweken naar de O.L.Vrouwekerk, maar het lukte daar niet de juiste toon te treffen, JP). Het laatste deel van deze viering, het declameren van het door Ton Roelofs geschreven
Kermisgedicht, werd traditiegetrouw ingevuld door kermisexploitant Mien. Zie onderstaand. Zoals eerder aangekondigd kon pastoor Marc Lindeijer vanwege verplichtingen elders niet bij deze
Kermis-Mis aanwezig zijn, wat ik wel betreur, ik had het best leuk gevonden om deze twee uiterst mondige herders met elkaar in 'conclaaf' te zien gaan. Komende zondag 11 september gaat
Lindeijer weer 'gewoon' voor in de dienst van 9.30 uur in de O.L. Vrouwekerk. Na afloop werd er onder genot van een een bakje koffie en diverse soorten warme broodjes door de aanwezigen nog
lang gezellig nagepraat op het plein voor de kerk. Secretaris Sjaak Sebregt van het parochiebestuur meldde desgevraagd dat Kermis-missen op deze manier ingevuld slechts in een zevental
plaatsen in Brabant en Limburg voorkomt. 'Naast Roosendaal zijn dat onder meer Echt, Tilburg en Roermond. Roosendaal is echter wel de enige plaats in West-Brabant. Toch iets om trots op te
zijn', aldus Sebregts die deze opzet destijds introduceerde op de Nieuwe-Markt. Vanwege het verdwijnen van de kermis op de Nieuwe Markt verhuisde het spektakel een paar jaren later naar de
huidige locatie op het Kaai-Duurzaamplein. (toen nog aangeduid als EKP-terrein).
Na twee jaren corona zonder kermisvertier
Kwam de wedergeboorte voor iedereen met plezier
De nostalgie alweer met Pasen, kwam goed van pas
Wat waren we met z'n allen heel erg in onze sas
Maar zoals je van alle kermismensen vanzelfsprekend verwacht
Hebben zij veel geloof in betere tijden en volop veerkracht
Het festijn presenteert zich met trots en schik in een mooie blos
Ja lieve mensen, met september gaan we weer helemaal los
Voor jong en ook oud, alles is weer vertrouwd
Hopelijk bezoekt u dit evenement in grote getale
Want dan kunnen ze lekker de opgelopen schade inhalen
Probeer eens de soundmachine, de rups
Of the Around the World X-EI
Door de dichter willekeurig gekozen, dat wel
Ook met de poffertjessalon, de visverkoop, de temple of food
En de altijd aanwezige suikerspin komt het vast en zeker goed
Tongerloplein is niet te versmaden, altijd voor kinderen een feest
Want natuurlijk ook de nostalgie is terug van weg geweest
En met voor al die bezoekers zelf heel veel lol
Komt hopelijk de kermisportemonnee weer vol
De kermis is door alle attracties zeker niet te versmaden
en biedt Roosendalers volop kans om energie op te laden
De Nijmeegse schrijver en journalist Hans Jacobs maakte een ware ode van het boek. “Aan de sprankelende gemeenschap van schippers, kermismensen en circusmensen onder geestelijke leiding van
hun aalmoezenier Bernhard van Welzenes”, aldus het KSCC in de aankondiging.
Zaterdag 3 september 2022
'He, niet zoenen op het zebrapad', aldus een strofe uit een oud-Hollands liedje, gezongen door onder anderen Willeke Alberti. Gezoend wordt er momenteel niet zoveel op het zwart-wit geblokte
pad dat op de Stationsstraat belde kermisdelen met elkaar verbindt. De bezoekers haasten zich vooral om de noodgedwongen oversteek zo snel mogelijk te overbruggen, niet zelden ongeacht of het
verkeerslicht nu op rood of groen staat. Tot grote ergernis van de passerende automobilisten uiteraard die het vertikken om de Stationsstraat tijdens de kermis in te ruilen voor een andere
route. Hier is duidelijk sprake van 'botsende' belangen, soms zelfs bijna letterlijk.
Vrijdagavond al, op de eerste kermisavond, zag ik hoe het enkele keren maar net goed afliep toen het pad der bezoekers letterlijk dat van hun gemotoriseerde medemensen kruiste. Als de
gemeente zonodig vast wil houden aan deze onzinnige versnippering van het kermisterrein, kan de Stationsstraat ter hoogte van dit gedeelte heter worden afgesloten voor het doorgaande verkeer,
zodat de kermis een lang ononderbroken lint vormt en de veiligheid beter is gewaarborgd. Veiligheid gaat immers voor alles.
Ik heb er al vaak tevergeefs voor gepleit, maar het blijft me verbazen dat de gemeente de kermis niet in zijn geheel naar het parkeerterrein naast het Atik Stadion verwijst. Zeker nu de
gekleurde huisjes van het Industriestraatje letterlijk met de grond gelijk zijn gemaakt is daar meer dan voldoende ruimte voor een compact kermisterrein. Wat dat niet ook de ultieme oplossing
voor het binnenstadsprobleem, in 2014 aangedragen door bouwprofessor Riek Bakker uit Rotterdam: een compacte binnenstad. Een compacte kermis valt daar natuurlijk ook onder. Een oplossing die
louter voordelen biedt. Het centrum is in een klap verlost van een onnodig verkeersinfarct, de binnenstadbewoners zijn verlost van dat constante, irritante basgedreun, de horeca-ondernemers
op de Markt kunnen weer over hun volledige terrascapaciteit beschikken, en bovenal staat de kermis op een veilige en beveiligde plek met voldoende bewegingsruimte voor zowel de bezoekers als
de exploitanten, wat de kermisbeleving alleen maar ten goede komt. Wellicht is het zelfs mogelijk om het Atik Stadion te betrekken bij aanvullende activiteiten, zoals demonstraties,
presentaties, een nostalgische kermis en exposities (over onderwerpen die betrekking hebben op de kermishistorie uiteraard). Een voetbalwedstrijd tussen de kermisexploitanten en medewerkers
van de gemeente lijkt mij wel een aardige aanvullende activiteit, tevens een passende opening. Een zuivere win-win situatie dus. Bij wethouder Cees Lok hoefde je niet met dit soort
ultieme oplossingen aan te komen. Het is te hopen dat zijn opvolger daar anders over gaat denken.
Donderdag 1 september 2022
De Roosendaalse beiaardier Toni Raats genoot dinsdag met volle teugen van het concert van zijn laatste gast in de serie 'Zomerse Klokkenklanken. Terwijl hij op de Markt met zijn speciale gast
richting St. Janstoren liep, hoorden ze op de achtergrond het lied 'Danse met mir...' Dat bracht mooie herinneringen boven. 'We hebben ooit nog eens op ludieke wijze samen gedanst tijdens de
beiaardieropleiding in Mechelen. We keken elkaar aan en barstten vrijwel tegelijkertijd in lachen uit. Dat was wat je noemt een melodie der herkenbaarheid', lachte Toni toen hij zijn
studiegenoot van weleer voorging op de smalle trappen van de St. Janstoren. Na afloop moest hij die ter hemelstijging nog een keer aangaan, omdat Chaves zijn bril bij de beiaard had laten
liggen.
Chaves, die wonderwel goed Vlaams/Nederlands spreekt, opende zijn gastoptreden met 'Hey Jude' van sir Paul McCartney. Wat direct op viel was dat de door hem geproduceerde noten veel luider
doorkwamen dan bij voorgaande klokkenklanken het geval was. Toni Raats wees in dat verband op de sperballen van Chaves. 'Daarbij haal ik het bij lange na niet'. Een wijze les: ook in de
muziek komt het soms op pure kracht aan. Van ABBA's 'Mamma Mia' speelde Chaves een wel heel speciale versie. Aansluitend volgde een blokje stemmige muziek, bestaande uit composities van
Carlos Gardel, John Kander en Jamala. Daarna kon er voorzichtig geswingd worden op 'The Entertainer- Ragtime two step' van Joplin. Chaves sloot het concert na ruim een uur 'hameren' op de
beiaard af met 'Thunderstruck' van AC/DC. Een welgemeend applaus was zijn deel.
De Portugese gastsolist werd na afloop bij de trappen van de St. Jan opgewacht door een enthousiaste groep bezoekers die het torenspel in de tuin van De Kring over zich heen hadden laten
komen. Op een van de terrassen van de Markt werd nog even nagepraat over het concert en ook kreeg Chaves uiteenlopende vragen voorgeschoteld. Toni Raats vertelde in geuren en kleuren nog even
over het hoe en waarom van het 'dansje op de Beiaardschool'. Raats kijkt met veel plezier terug op de reeks Zomerse Klokkenklanken. 'Wat mij betreft gaan we hier volgend jaar zeker mee door.
Maar dan wel het liefst in combinatie met activiteiten in de tuin. Dat versterkt inderdaad de beleving bij de bezoekers. We hebben in ieder geval een mooie eerste stap gezet die naar veel
meer smaakt'.
In die tuin van De Kring werd woensdagmiddag ook de serie 'Tuin De Kring' afgesloten, een serie theatervoorstellingen in de open lucht waarvoor slechts een minimale entree werd gevraagd..
Theatergroep Van Santen voerde daar een levendige, muzikale versie van 'Alleen op de Wereld' ten tonele. Voor de techniek was het extra hard aanpakken geblazen. De decorstukken hadden het
nodige te lijden van de af en toe sterke wind. Cultuur-Clusterdirecteur Jan-Hein Sloesen kijkt eveneens met tevredenheid terug op dit theaterexperiment. De bezoekcijfers zijn hem alleszins
meegevallen. Ook hij wil doorgaan op deze weg. Maar dan wel in combinatie met het park Vrouwenhof, zo liet hij eerder weten.