PROFIEL JAAP PLEIJ

Jaap Pleij (1957) is een kunstenaar, politicus, journalist en schrijver van korte verhalen en columns. Daarnaast heeft hij één roman op zijn naam staan, getiteld 'De Nieuwe Verlosser die weigerde voor Oranje uit te komen'. Zijn laatste boek dateert al weer uit 2019. In 'Ma in Huize St. Elisabeth' legde hij de ervaringen vast die hij samen met zijn moeder opdeed in deze zorginstelling aan de Wouwseweg.
 
Jaap Pleij bracht zijn jeugd door in Rotterdam. Op zijn twintigste verhuisde hij naar Roosendaal waar hij al snel op allerlei fronten aan de weg ging timmeren. Na zijn vaste kantoorbaan bij Bic Benelux begon hij zich in 1990 cultureel te ontplooien. Hij was als freelance-cartoonist aan diverse kranten verbonden. In die periode begon hij ook zijn eerste artikelen te publiceren en zijn eerste stappen te zetten op politiek terrein. In zijn woonplaats richtte hij de toneelvereniging Variant op, was hij medeoprichter van de omroep Radio Stad FM en niet veel later fungeerde hij ook als woordvoerder van D66. Via zijn werk voor de radio leerde hij tal van Nederlandse- en buitenlandse beroemdheden goed kennen, zoals Willeke Alberti, Rob de Nijs, Andre van Duin, Jeroen van Merwijk, Jef Rademakers, de Amerikaanse zangeres Melanie, de leden van de Ierse volksgroep The Dubliners en Gene Chrisham (de studiodrummer van Elvis Presley.
Op het journalistieke vlak heeft Pleij zich samen met auteur Rien Broere gemanifesteerd met de culturele nieuwssite www.roosendaalcultureel.nl. Ruim twintig jaar zette hij zich daarnaast in voor de weekbladen en bedrijfsuitgaven van onder meer VNU, Wegener, en de kabelkranten TV-Gazet en VSM-TV. Met zijn eigen eenmanspartij PVC (Pleijdooi Voor Cultuur) deed hij in 2014 mee aan de gemeenteraadsverkiezingen. Als auteur debuteerde Pleij in 1999 met het boek ‘Een zwembad Roosendaal waardig’. Zeven jaar later publiceerde hij onder de titel ‘Tien Tullepetaonse Oogheden’ het eerste carnavalsboek dat ooit over Roosendaal is geschreven. De legendarische Carnavalsprins Jan Mol, regelmatig te zien geweest in ‘De vuist van Wilhelmus O Duys’, zette hij daarna apart in het zonnetje in de boeken ‘Mijn Ontmoetingen met Jan Mol (2007)’ en ‘Jan Mol en Andere Zaken (2009)’. Tussendoor schreef hij nog ‘Portretten van Kopstukken (2008), waarin hij tal van beroemdheden die hij voor zowel de radio als de krant heeft geïnterviewd portretteerde, en ‘Symfonie in Roosendaal (2008)’, waarin de geschiedenis van het Roosendaals Symfonie Orkest is vastgelegd. Dat orkest is enkele jaren terug gefuseerd met een Bergs orkest en dat resulteerde in het West-Brabants Symfonie Orkest (WBSO). Na Jan Mol kwamen de andere Roosendalers ruimschoots aan bod in ‘Roosend(w)alers (2011), Roosend(w)alers 2 (2013) en ‘Roosend(w)alers 3’. Vanwege zijn constant kritische pen over de gang van zaken in de stad veroorzaakten deze boeken de nodige deining in de samenleving. In 2015 verscheen ‘TelevisieROOS’, een bundel met korte verhalen die wat persoonlijker van karakter zijn. De presentatie van ‘Portretten van Kopstukken’ en ‘Roosend(w)alers’ werd omlijst met een sfeervol concert van de veel te vroeg overleden in Breda geboren zanger Dimitri van Toren. Kort voor de zomer van 2016 bracht hij het boek ‘Kringgesprekken uit, met zoals de titel al aangeeft tal van belevenissen en ontmoetingen met artiesten die in De Kring hebben gestaan. Tussendoor schreef hij een geromantiseerd verhaal over de moeizame verhouding tussen koning Willem III en de toenmalige kroonprins Alexander. Naar verluidt beschikte Alexander over doktersattesten waaruit zonneklaar bleek dat zijn vader Willem onmogelijk de biologische vader van de latere koningin Wilhelmina kon zijn. Een dag na het overlijden van Alexander in 1884 werd diens huis aan de Haagse Kneuterdijk (het huidige Johan de Witt-huis) in opdracht van koning Willem helemaal leeggehaald. Daarbij verdween ook het kistje met de veelbesproken doktersattesten. Ingrediënten genoeg dus voor een boeiend verhaal dat nog steeds op opvoering wacht. Diverse professionele toneelgezelschappen toonden zich wel geinteresseerd, maar tot een besluit is het nooit gekomen. Het stuk ligt nog steeds op de planken, geinteresseerde toneel verenigingen kunnen zich dus melden. De kans is dus uitermate groot dat het Huis van Oranje, voor zover je daarvan nog mag spreken, met koning Willem III is uitgestorven. Helaas is Willem-Alexander net als zijn moeder Beatrix en zijn oma Juliana daarvoor niet bereid een DNA-onderzoek te ondergaan. Zo’n onderzoek zou in een keer duidelijkheid verschaffen’, aldus Pleij. De logische titel van dit toneelstuk is dan ook ‘Het Verdwenen Kistje’.
 

 

Jaap Pleij heeft zijn sporen ook nog op andere manieren achtergelaten in het culturele leven van zijn woonplaats. In 2006 werd hij door het IQ Aarmoeinieke, Roosendaals meest chique carnavalsgezelschap, vereerd met de ‘Gouden Bolhoed’, en in 2008 was hij genomineerd voor de titel ‘Vrijwilliger van het Jaar’. Eveneens in 2008 nam Pleij het initiatief voor de aanstelling van een stadsdichter in Roosendaal. Een functie die is vervuld door Anneke Lips, René Spruijt en de huidige stadsdichter Leo Lotterman. Een jaar later ondernam hij een succesvolle poging om het lied ‘Thuis in Roosendaal’ (tekst Anneke Lips, zang Mike Lorentz) de status te geven van ‘Stadslied van Roosendaal’. Inhakend op het thema ‘Roosendaal 150 jaar stadsrechten’ lanceerde hij in 2009 het grote ‘Lodewijkspektakel’ in de St. Jan. Samen met Paul Klaver organiseerde hij in 2010 de reeks ‘Bloemrijke Lezingen’ in Zaal Zeelandia. Met Paul Klaver stond hij ook aan de wieg van de jaarlijkse kunstwedstrijd met een wisselend thema in museum Tongerlohuys. Bekende stadgenoten als Wim Schutz, Arnold Verkouteren en Martyn Smits beveelde hij bij het College van B&W met succes aan voor een Roosenspeld, het ultieme eerbetoon voor Roosendalers die zich in positieve zin hebben onderscheiden. Pleij heeft twee keer gesolliciteerd op de functie van burgemeester van Roosendaal. In 2019 was echter Han van Midden de uitverkorene, per 30 mei 2024 wordt/is hij opgevolgd door Marc Buijs, tot die datum burgemeester van Oosterhout. Pleij was ook net als in 2019 een van de elf kandidaten voor deze functie, maar hij kreeg vanuit het Provinciehuis in Den Bosch te horen dat hij met zijn bijna 67 levensjaren zijn leeftijd tegen heeft. Burgemeesters zijn wettelijk verplicht om bij het bereiken van de 70e verjaardag een punt achter het burgemeestersbestaan te zetten. Een burgemeester voor slechts drie jaar wordt niet benoemd, want hij/zij wordt geacht minstens één termijn van zes jaar vol te maken. Pleij beschouwt dit als ongepaste leeftijdsdiscriminatie en heeft daarom een klacht neergelegd bij het College voor de Rechten van de Mens. Die procedure loopt nog. Op journalistiek gebied is Pleij tot op de dag van vandaag actief met zijn goed bekeken nieuwssite RoosendaalsPleijdooi dat een grotendeels cultureel karakter heeft. Sinds kort heeft hij ook voorzichtig het cartoontekenen weer opgepakt.